ECLI:NL:HR:2018:1177

Hoge Raad

Datum uitspraak
13 juli 2018
Publicatiedatum
11 juli 2018
Zaaknummer
17/03184
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over mededingingsrecht en nietigheid van besluiten van ondernemersvereniging in levensmiddelenbranche

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 13 juli 2018 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was ingesteld door Hollandsche Exploitatie Maatschappij B.V. (HEM) tegen Jumbo Groep Holding B.V. en haar dochterondernemingen. De zaak betreft de vraag of besluiten van een ondernemersvereniging in de levensmiddelenbranche nietig zijn wegens een mededingingsbeperkende strekking. HEM had een contractuele verplichting aanvaard om een Code en campagne voor leeftijdscontrole uit te voeren, ter naleving van het wettelijk verbod op de verkoop van tabak en alcohol aan jongeren. Dit leidde tot de vraag of de leverancier van het systeem voor leeftijdscontrole op afstand hierdoor benadeeld was.

De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen van de rechtbank Den Haag en het arrest van het gerechtshof Den Haag. HEM had beroep in cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof, dat de eerdere vonnissen bevestigde. Jumbo diende een verweerschrift in. De conclusie van de Advocaat-Generaal B.J. Drijber was om het cassatieberoep te verwerpen. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten van HEM niet tot cassatie konden leiden, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

In de beslissing verwerpt de Hoge Raad het beroep en veroordeelt HEM tot betaling van de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Jumbo zijn begroot op € 854,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.

Uitspraak

13 juli 2018
Eerste Kamer
17/03184
TT/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
HOLLANDSCHE EXPLOITATIE MAATSCHAPPIJ B.V.,
gevestigd te Etten-Leur,
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. J. van der Beek,
t e g e n
1. JUMBO GROEP HOLDING B.V.,
2. JUMBO SUPERMARKTEN B.V.,
3. JUMBO FOOD GROEP B.V.,
alle gevestigd te Veghel,
VERWEERSTERS in cassatie,
advocaat: mr. R.P.J.L. Tjittes.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als HEM en Jumbo.

1.Het geding in feitelijke instanties

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
a. de vonnissen in de zaak C/09/487382/HA ZA 15-499 van de rechtbank Den Haag van 22 juli 2015 en 9 maart 2016;
b. het arrest in de zaak 200.193.393/01 van het gerechtshof Den Haag van 4 april 2017.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.

2.Het geding in cassatie

Tegen het arrest van het hof heeft HEM beroep in cassatie ingesteld. De procesinleiding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Jumbo heeft een verweerschrift tot verwerping ingediend.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten, voor Jumbo mede door mr. J.L. Luiten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal B.J. Drijber strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van HEM heeft op 8 juni 2018 schriftelijk op die conclusie gereageerd.

3.Beoordeling van het middel

De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt HEM de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Jumbo begroot op € 854,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de vice-president E.J. Numann als voorzitter en de raadsheren G. Snijders, C.E. du Perron, M.J. Kroeze en C.H. Sieburgh, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer T.H. Tanja-van den Broek op
13 juli 2018.