ECLI:NL:HR:2017:3231

Hoge Raad

Datum uitspraak
22 december 2017
Publicatiedatum
21 december 2017
Zaaknummer
16/05014
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over onrechtmatige overheidsdaad en weigering ontslagvergunning door UWV

In deze zaak heeft het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam. Het hof had eerder geoordeeld over de weigering van een ontslagvergunning door het UWV, waarbij het UWV zich op het standpunt stelde dat de weigering onrechtmatig was. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen van de rechtbank Amsterdam en het arrest van het hof, en concludeert dat de klachten van het UWV niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat de aangevoerde klachten geen nadere motivering behoeven, omdat ze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad verwerpt het beroep en veroordeelt het UWV in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Belfor zijn begroot op € 856,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Deze uitspraak is gedaan op 22 december 2017.

Uitspraak

22 december 2017
Eerste Kamer
16/05014
TT/EE
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
Het UITVOERINGSINSTITUUT WERKNEMERSVERZEKERINGEN,
gevestigd te Amsterdam,
EISERES tot cassatie,
advocaten: mr. J.P. Heering en mr. F.M. Dekker,
t e g e n
BELFOR NEDERLAND B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. M.A.J.G. Janssen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als het UWV en Belfor.

1.Het geding in feitelijke instanties

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. de vonnissen in de zaak C/13/562827/HA ZA 14-369 van de rechtbank Amsterdam van 18 juni 2014 en 18 februari 2015;
b. het arrest in de zaak 200.174.108/01 van het gerechtshof Amsterdam van 19 april 2016.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.

2.Het geding in cassatie

Tegen het arrest van het hof heeft het UWV beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Belfor heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal T. Hartlief strekt tot verwerping van het beroep.
De advocaat van het UWV heeft bij brief van 20 oktober 2017 op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt het UWV in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Belfor begroot op € 856,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de vice-president E.J. Numann als voorzitter en de raadsheren G. Snijders, G. de Groot, M.V. Polak en C.H. Sieburgh, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer T.H. Tanja-van den Broek op
22 december 2017.