ECLI:NL:HR:2017:1238

Hoge Raad

Datum uitspraak
7 juli 2017
Publicatiedatum
5 juli 2017
Zaaknummer
13/02651
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herstelarrest van de Hoge Raad ter verbetering van een eerder arrest met betrekking tot belastingrecht en bestuursrecht

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 23 juni 2017 een eindarrest gewezen in het kader van een cassatieprocedure, met zaaknummer 13/02651bis. Na de uitspraak is gebleken dat er een fout in het arrest was geslopen die correctie behoeft. De fout betreft een onjuiste verwijzing naar de klacht in het voorwaardelijk incidenteel beroep. In rechtsoverweging 3.1 van het arrest werd ten onrechte gesproken over de 'tweede' klacht, terwijl het om de 'eerste' klacht ging. De Hoge Raad heeft besloten deze fout te herstellen door het woord 'tweede' te vervangen door 'eerste'. Dit herstel is op 7 juli 2017 openbaar uitgesproken. De beslissing van de Hoge Raad houdt in dat de verbetering op de minuut van het eerdere arrest wordt vastgesteld, zodat de juridische duidelijkheid en de juiste interpretatie van de klachten gewaarborgd blijven. De zaak betreft belangrijke aspecten van het belastingrecht en bestuursrecht, en de uitspraak heeft implicaties voor de betrokken partijen, waaronder de Gemeente Woerden, die als belanghebbende in deze procedure optreedt.

Uitspraak

7 juli 2017
nr. 13/02651bis
Herstelarrest
gewezen ter verbetering van het arrest van de Hoge Raad van 23 juni 2017, nr. 13/02651bis, ECLI:NL:HR:2017:1132, gewezen op het beroep in cassatie van
Gemeente Woerdente
Woerden(hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het
Gerechtshof Amsterdamvan 25 april 2013, nr. 11/00356, na beantwoording van de door de Hoge Raad bij een arrest aan het Hof van Justitie van de Europese Unie gestelde vraag.

1.Het arrest in het geding

1.1.
De Hoge Raad heeft in deze zaak op 23 juni 2017 eindarrest gewezen. Nadien is het de Hoge Raad gebleken dat het arrest op één punt verbetering behoeft.
1.2.
In het arrest is in rechtsoverweging 3.1, laatste volzin, overwogen:
“In dit verband verdient opmerking dat het arrest van het Hof van Justitie van 12 mei 2016, Gemeente Borsele, C-520/14, ECLI:EU:C:2016:334, BNB 2016/186, de Hoge Raad geen aanleiding geeft om met betrekking tot de in het voorwaardelijk incidenteel beroep aangevoerde tweede klacht anders te beslissen.”
De klacht waarnaar wordt verwezen, betreft niet - zoals vermeld - de in het voorwaardelijk incidenteel beroep aangevoerde tweede klacht, maar de daarin aangevoerde eerste klacht.Herstel van deze fout brengt mee dat in de tekst van voornoemde rechtsoverweging het woord “tweede” wordt vervangen door het woord “eerste”.
1.3.
De Hoge Raad zal derhalve de verbetering doorvoeren zoals hiervoor in rechtsoverweging 1.2 vermeld.

2.Beslissing

De Hoge Raad:
verbetert de hierboven vermelde fout in het arrest van 23 juni 2017, nr. 13/02651bis, en
stelt de verbetering op de minuut van dat arrest.
Dit arrest is gewezen door de vice-president J.A.C.A. Overgaauw als voorzitter, en de raadsheren E.N. Punt, P.M.F. van Loon, L.F. van Kalmthout en A.F.M.Q. Beukers-van Dooren, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 7 juli 2017.