ECLI:NL:HR:2016:959

Hoge Raad

Datum uitspraak
24 mei 2016
Publicatiedatum
24 mei 2016
Zaaknummer
15/04242
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Poging tot moord met vuurwapen en falende bewijsklacht over voorbedachte raad

In deze zaak gaat het om een poging tot moord, waarbij de verdachte met een vuurwapen naar het bedrijf is gegaan waar het slachtoffer werkzaam was. De verdachte heeft het slachtoffer gevraagd naar zijn identiteit en heeft, zodra het slachtoffer zich bekend maakte, onmiddellijk het vuurwapen gepakt en drie keer op hem geschoten. De schoten volgden direct op elkaar. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie van de verdachte behandeld, dat was ingesteld tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 23 juni 2015. De advocaat van de verdachte, B.P. de Boer, heeft een middel van cassatie voorgesteld, maar de Advocaat-Generaal W.H. Vellinga heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat het middel niet kan leiden tot cassatie, omdat het geen rechtsvragen oproept die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep op 24 mei 2016 verworpen, en het arrest is uitgesproken door vice-president W.A.M. van Schendel, samen met de raadsheren J. de Hullu en Y. Buruma, in aanwezigheid van griffier S.P. Bakker.

Uitspraak

24 mei 2016
Strafkamer
nr. S 15/04242
BKL
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, van 23 juni 2015, nummer 21/000115-15, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1971.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft B.P. de Boer, advocaat te Amsterdam, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal W.H. Vellinga heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2.Beoordeling van het middel

Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren J. de Hullu en Y. Buruma, in bijzijn van de griffier S.P. Bakker, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
24 mei 2016.