Uitspraak
wonende te [woonplaats],
wonende te [woonplaats],
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
3.Beoordeling van het middel
- i) Tussen partijen is bij beschikking van de rechtbank Utrecht van 26 april 2006 echtscheiding uitgesproken. Deze beschikking is op 18 september 2006 ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand.
- ii) Van de hiervoor in (i) genoemde beschikking maakt deel uit een tussen partijen bij convenant overeengekomen regeling. In een beschikking van de rechtbank Dordrecht van 26 september 2012 is een aanvullend convenant opgenomen.
- iii) De vrouw heeft sinds 2009 een affectieve relatie met [betrokkene 1]. De vrouw en [betrokkene 1] zijn zeer op elkaar en op elkaars kinderen betrokken, zij gaan samen met de kinderen op vakantie, eten meestal samen en verblijven veel bij elkaar. Ook de kinderen van de vrouw slapen bij [betrokkene 1].
De man heeft ter zitting uiteen gezet dat hij die stap heeft genomen omdat hij wist dat op hem een zware bewijslast rust om aan te tonen dat de vrouw samenwoont als ware zij gehuwd. H.B. Investigations heeft van 28 maart tot en met 30 oktober 2013 observaties verricht. Gedurende de zeven maanden dat de observaties hebben geduurd, is de auto van de vrouw steeds ’s avonds bij de woning van [betrokkene 1] aangetroffen. Geconstateerd is dat de vrouw en [betrokkene 1] samen uitgaan en samen boodschappen doen. De vrouw is gedurende de observatieperiode slechts enkele malen en geen enkele nacht in haar eigen woning aangetroffen. Ook de kinderen van de vrouw overnachten regelmatig bij [betrokkene 1] volgens de observaties. Verder is geconstateerd dat de vuilcontainer van de vrouw nooit aan de straat staat op de ophaaldagen. Na afloop van observatieperiode heeft de man de vrouw met de conclusies van het bureau geconfronteerd en haar verzocht gegevens over te leggen waaruit zou blijken dat zij geen gemeenschappelijke huishouding met [betrokkene 1] zou voeren, zoals bankafschriften waaruit blijkt dat zij voor eigen rekening boodschappen doet en een overzicht van haar energie verbruik waaruit zou kunnen blijken dat zij daadwerkelijk in haar eigen woning verblijft en niet in de woning van [betrokkene 1]. Ondanks herhaald verzoek heeft hij deze gegevens niet van de vrouw ontvangen. Ook in de procedure in hoger beroep zijn geen gegevens overgelegd die de uit de observaties getrokken conclusies dat de vrouw iedere nacht bij [betrokkene 1] overnacht en dat de vrouw en [betrokkene 1] elkaar wederzijds verzorgen ontkrachten.
- de vrouw heeft niet voldaan aan het herhaaldelijk gedane verzoek van de man om gegevens over te leggen zoals bankafschriften waaruit blijkt dat zij voor eigen rekening boodschappen doet (rov. 8);
- de vrouw heeft in de procedure in hoger beroep geen gegevens overgelegd die de observaties dat de vrouw en [betrokkene 1] elkaar wederzijds verzorgen, ontkrachten (rov. 8);
- de vrouw heeft haar verklaring dat zij haar eigen boodschappen betaalt en dat [betrokkene 1] en zij onderling de uitgaven verrekenen niet nader onderbouwd (rov. 9).
4.Beslissing
22 april 2016.