Uitspraak
gevestigd te Amsterdam,
gevestigd te Den Haag,
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
3.Beoordeling van de ontvankelijkheid
4.Beslissing
29 januari 2016.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Vereniging Consument & Geldzaken, gevestigd te Amsterdam, cassatie ingesteld tegen Aegon Bank N.V., die onder de naam Spaarbeleg opereert. De Hoge Raad heeft op 29 januari 2016 uitspraak gedaan in deze zaak, die betrekking heeft op de ontvankelijkheid van het cassatieberoep. De Vereniging had eerder beroep ingesteld tegen verschillende arresten van het gerechtshof Amsterdam en een rolbeslissing van 10 april 2012. De Procureur-Generaal heeft in zijn standpunt aangegeven dat de Vereniging niet-ontvankelijk verklaard dient te worden, omdat zij klaarblijkelijk onvoldoende belang heeft bij het cassatieberoep. De Hoge Raad heeft deze conclusie overgenomen en geoordeeld dat de klachten van de Vereniging geen behandeling in cassatie rechtvaardigen. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie dan ook niet-ontvankelijk verklaard en de Vereniging veroordeeld in de kosten van het geding, die aan de zijde van Aegon op nihil zijn begroot. Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, C.A. Streefkerk en A.H.T. Heisterkamp, en openbaar uitgesproken door raadsheer G. de Groot.