Uitspraak
[X]te
[Z](hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het
Gerechtshof Amsterdamvan 8 augustus 2013, nr. 11/00973, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank te Haarlem (nr. AWB 11/82) betreffende de ten aanzien van belanghebbende gegeven beschikking tot aansprakelijkstelling ingevolge de Invorderingswet 1990 voor de door [A] B.V. te [Z] verschuldigde vennootschapsbelasting voor het jaar 2004. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.
1.Geding in cassatie
2.Beoordeling van de middelen
,in waarde is gedaald. Daarbij heeft het Hof overwogen dat de BV haar onroerende zaken in 2002 had verkocht en daarna tot het moment waarop de vermindering van haar vermogen duidelijk is geworden, geen activiteiten heeft verricht die als ‘normale bedrijfsvoering’ kunnen worden aangemerkt.