ECLI:NL:HR:2015:1498

Hoge Raad

Datum uitspraak
9 juni 2015
Publicatiedatum
9 juni 2015
Zaaknummer
13/04811
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over bewijsuitsluiting wegens ontbreken contra-expertise

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage, nevenzittingsplaats 's-Hertogenbosch, van 23 april 2013. De verdachte, geboren in 1982, heeft beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Hof. De Advocaat-Generaal A.E. Harteveld heeft in zijn schriftuur middelen van cassatie voorgesteld, die aan het arrest zijn gehecht. De kern van de zaak betreft de bewijsuitsluiting van bepaalde stukken, die volgens het Hof moesten worden uitgesloten vanwege het ontbreken van de mogelijkheid tot contra-expertise. Dit oordeel van het Hof leidde tot vrijspraak van de verdachte.

De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en op de gronden die zijn vermeld in een eerder arrest van 17 juni 2014 (ECLI:NL:HR:2014:1451) geconcludeerd dat het middel terecht is voorgesteld. De Hoge Raad oordeelt dat de bestreden uitspraak van het Hof niet in stand kan blijven. Het tweede middel behoeft geen bespreking, omdat de Hoge Raad heeft besloten de zaak te vernietigen en terug te verwijzen naar het Gerechtshof 's-Hertogenbosch. Dit betekent dat de zaak opnieuw op het bestaande hoger beroep zal worden berecht en afgedaan.

De uitspraak is gedaan op 9 juni 2015 door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, samen met de raadsheren J. de Hullu en V. van den Brink, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting.

Uitspraak

9 juni 2015
Strafkamer
nr. S 13/04811
IF/CB
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage, nevenzittingsplaats 's-Hertogenbosch, van 23 april 2013, nummer 20/000222-10, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1982.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de Advocaat-Generaal bij het Hof. Deze heeft bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal A.E. Harteveld heeft geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest en tot verwijzing van de zaak naar het Gerechtshof 's-Hertogenbosch teneinde deze op het bestaande hoger beroep opnieuw te berechten en af te doen.
2 Beoordeling van het eerste middel
2.1.
Het middel komt op tegen 's Hofs oordeel dat de in het arrest genoemde stukken van het bewijs dienen te worden uitgesloten wegens het ontbreken van de mogelijkheid van een contra-expertise en dat zulks tot vrijspraak dient te leiden.
2.2.
Op de gronden die zijn vermeld in HR 17 juni 2014, ECLI:NL:HR:2014:1451, NJ 2014/341 is het middel terecht voorgesteld.

3.Slotsom

Hetgeen hiervoor is overwogen brengt mee dat de bestreden uitspraak niet in stand kan blijven, het tweede middel geen bespreking behoeft en als volgt moet worden beslist.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
vernietigt de bestreden uitspraak;
verwijst de zaak naar het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, opdat de zaak op het bestaande hoger beroep opnieuw wordt berecht en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren J. de Hullu en V. van den Brink, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
9 juni 2015.