Uitspraak
gevestigd te [vestigingsplaats],
gevestigd te Roosendaal,
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
3.Beoordeling van het middel
Het in een faillissementssituatie betalen van steunvorderingen, al dan niet door derden, terwijl de vordering van de aanvrager van het faillissement onbetaald blijft en/of geen zekerheid is gesteld voor deze vordering, is een doorbreking van de paritas creditorum. Het doorbreken van de paritas creditorum is ontoelaatbaar en een schending van de rechten van de schuldeisers wier vorderingen onbetaald blijven. De handelwijze van [[verzoekster]] is dus niet toelaatbaar. Daar komt nog bij dat [[verzoekster]] weliswaar stelt dat de betalingen zijn verricht door derden en er sprake is van giften, maar deze stelling is in het geheel niet onderbouwd met enig verificatoir bescheid. Het hof kan niet uitsluiten dat [[verzoekster]] leningen is aangegaan ter betaling van steunvorderingen, terwijl een in staat van faillissement verkerende schuldenaar geen zeggenschap meer heeft over het eigen vermogen.
4.Beslissing
17 januari 2014.