ECLI:NL:HR:2011:BQ3869

Hoge Raad

Datum uitspraak
2 september 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
09/04144
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Burengeschil over gedeeltelijke demping van een vijver en de gevolgen daarvan voor de betrokken partijen

In deze zaak gaat het om een burengeschil dat betrekking heeft op de gedeeltelijke demping van een vijver. De Hoge Raad heeft op 2 september 2011 uitspraak gedaan in de zaak met nummer 09/04144. De eiser, wonende te [woonplaats], heeft cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof te 's-Gravenhage. Dit arrest volgde op een vonnis van de rechtbank 's-Gravenhage van 2 mei 2007. De eiser was vertegenwoordigd door mr. D.Th.J. van der Klei, terwijl de Vereniging Koninklijke Handelsbond voor Boomkwekerij- en Bolproducten (Anthos) werd bijgestaan door mr. P.J. de Groen. De Hoge Raad verwijst naar de eerdere uitspraken en concludeert dat de klachten van de eiser niet tot cassatie kunnen leiden. De conclusie van de Advocaat-Generaal E.B. Rank-Berenschot strekte ook tot verwerping van het cassatieberoep. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en de eiser veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 1.001,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De uitspraak is openbaar gedaan en de betrokken partijen zijn aangeduid als [eiser] en Anthos. De Hoge Raad heeft in zijn beslissing geen nadere motivering gegeven, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uitspraak

2 september 2011
Eerste Kamer
09/04144
EV/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[Eiser],
wonende te [woonplaats],
EISER tot cassatie,
advocaat: mr. D.Th.J. van der Klei,
t e g e n
DE VERENIGING KONINKLIJKE HANDELSBOND VOOR BOOMKWEKERIJ- EN BOLPRODUCTEN (ANTHOS),
gevestigd te Hillegom,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. P.J. de Groen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiser] en Anthos.
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. het vonnis in de zaak 271928/HA ZA 06-2875 van de rechtbank 's-Gravenhage van 2 mei 2007;
b. het arrest in de zaak 105.006.568/01 van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 7 juli 2009.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof heeft [eiser] beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Anthos heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal E.B. Rank-Berenschot strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van [eiser] heeft bij brief van 13 mei 2011 op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eiser] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Anthos begroot op € 1.001,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren F.B. Bakels, als voorzitter, W.D.H. Asser en C.E. Drion, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 2 september 2011.