ECLI:NL:HR:2010:BM1674
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- A. Hammerstein
- W.A.M. van Schendel
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- Rechtspraak.nl
Echtscheiding en pensioenverrekening in cassatie
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 18 juni 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die volgde op een echtscheidingsprocedure tussen een man en een vrouw. De man had beroep in cassatie ingesteld tegen een beschikking van het gerechtshof Arnhem, waarin onder andere de hoogte van de onderhoudsbijdrage en de verrekening van pensioenrechten aan de orde kwamen. De vrouw had incidenteel cassatieberoep ingesteld. De Hoge Raad oordeelde dat het hof de onderhoudsbijdrage niet op een lager bedrag kon vaststellen, omdat de man geen incidenteel beroep had ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank over deze bijdrage. De rechtbank had de bijdrage vastgesteld op € 5.675,-- per maand, en het hof had deze niet verlaagd.
Daarnaast ging het in de zaak om de verrekening van pensioenrechten. De vrouw had verzocht om verrekening van onverteerde inkomsten en een verklaring voor recht dat partijen hun pensioenrechten moesten verevenen. De rechtbank had geoordeeld dat de man recht had op de helft van de aanspraken uit lijfrenteovereenkomsten, en het hof bevestigde dit oordeel. De Hoge Raad oordeelde dat het hof niet onjuist had geoordeeld over de verrekening van pensioenrechten en dat de klachten van de man niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad verwierp zowel het principale als het incidentele beroep, en bevestigde de eerdere oordelen van de rechtbank en het hof.