ECLI:NL:HR:2010:BL0006

• Datum uitspraak: 12 februari 2010
• Publicatiedatum: 5 april 2013
• Zaaknummer: 09/01632
• Instantie: Hoge Raad
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Bestuursrecht; Omgevingsrecht
• Procedures: Cassatie
• Rechters: J.B. Fleers; O. de Savornin Lohman; E.J. Numann; A. Hammerstein; W.D.H. Asser
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Verwerping van beroep op schorsing in onteigeningsprocedure

In deze zaak hebben [Eiser 1], [Eiseres 2] en [Eiser 3], hierna aangeduid als [eiser] c.s., op 8 april 2009 aan de Gemeente Heerlen aangekondigd dat zij beroep in cassatie instellen tegen een vonnis van de rechtbank Maastricht van 25 maart 2009. Dit vonnis betrof de vervroegde onteigening van bepaalde percelen. De Gemeente, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.A.M.A. Sluysmans, heeft in cassatie geconcludeerd tot verwerping van het beroep. Tijdens de procedure hebben [eiser] c.s. op basis van artikel 225 lid 1, aanhef en onder c, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) een verzoek tot schorsing van het geding ingediend. De Gemeente heeft dit verzoek bestreden en aangevoerd dat er geen plaats is voor schorsing in een onteigeningsprocedure, en dat de schorsingstermijn tot het minimum beperkt moet worden.

De Advocaat-Generaal L. Strikwerda heeft in zijn conclusie geadviseerd om het beroep op schorsing van [eiser] c.s. te verwerpen en de zaak door te verwijzen naar de rol voor voortprocederen. De advocaat van [eiser] c.s. heeft gereageerd op deze conclusie. De Hoge Raad heeft vastgesteld dat het geding niet is geschorst en heeft bepaald dat de zaak opnieuw zal worden uitgeroepen ter rolle op 12 maart 2010 voor schriftelijke toelichting in de hoofdzaak.

De Hoge Raad heeft in zijn beslissing op 12 februari 2010 geoordeeld dat er geen sprake is van schorsing, zoals uiteengezet in de conclusie van de Advocaat-Generaal. De beschikking is gegeven door vice-president J.B. Fleers en de raadsheren O. de Savornin Lohman, E.J. Numann, A. Hammerstein en W.D.H. Asser, en is uitgesproken door raadsheer E.J. Numann.

Uitspraak

12 februari 2010

Eerste Kamer

09/01632

EE/MD

Hoge Raad der Nederlanden

Rolbeschikking

in de zaak van:

1. [Eiser 1],

2. [Eiseres 2],

3. [Eiser 3],

allen wonende te [woonplaats],

EISERS tot cassatie,

advocaat: mr. P. Garretsen,

t e g e n

GEMEENTE HEERLEN,

zetelende te Heerlen,

VERWEERSTER in cassatie,

advocaat: mr. J.A.M.A. Sluysmans.

Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiser] c.s. en de Gemeente.

1. Het geding in cassatie

[Eiser] c.s. hebben bij exploot van 8 april 2009 aan de Gemeente aangezegd dat zij beroep in cassatie instellen tegen het tussen partijen uitgesproken vonnis van de rechtbank Maastricht van 25 maart 2009 waarbij de vervroegde onteigening van een aantal, in het vonnis nader omschreven, percelen is uitgesproken.

Het vonnis van de rechtbank en de cassatiedagvaarding zijn aan deze beschikking gehecht en maken daarvan deel uit.

De Gemeente heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

Ter rolle hebben [eiser] c.s., onder overlegging van een exploot van 28 oktober 2009, op de voet van art. 225 lid 1, aanhef en onder c, Rv. schorsing van het geding ingeroepen.

De Gemeente heeft de gestelde schorsing bestreden en geconcludeerd dat voor een schorsingsverzoek in een onteigeningsprocedure geen plaats is, althans dat de schorsingstermijn tot het minimum moet worden beperkt met handhaving van de reeds bepaalde datum voor schriftelijke toelichting.

De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda strekt tot verwerping van het beroep op schorsing van [eiser] c.s. en verwijzing van de zaak naar de rol voor voortprocederen.

De advocaat van [eiser] c.s. heeft bij brief van 29 januari 2010 op die conclusie gereageerd.

2. Beoordeling van de gestelde schorsing

Op de gronden uiteengezet in de conclusie van de Advocaat-Generaal is van schorsing geen sprake.

3. Beslissing

De Hoge Raad verstaat dat het geding niet is geschorst;

bepaalt dat de zaak weer zal worden uitgeroepen ter rolle van 12 maart 2010 voor schriftelijke toelichting in de hoofdzaak.

Deze beschikking is gegeven door de vice-president J.B. Fleers als voorzitter en de raadsheren O. de Savornin Lohman, E.J. Numann, A. Hammerstein en W.D.H. Asser, en uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann ter terechtzitting van 12 februari 2010.