ECLI:NL:HR:2007:BA1523
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- E.J. Numann
- C.A. Streefkerk
- W.D.H. Asser
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van een arbitraal kortgedingvonnis wegens het ontbreken van een geldige overeenkomst tot arbitrage
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 25 mei 2007 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure waarbij de eiser, vertegenwoordigd door mr. H.J.W. Alt, de Coöperatieve Bloemenveiling FloraHolland U.A., vertegenwoordigd door mr. P.J.L.J. Duijsens, als verweerster in cassatie had gedagvaard. De zaak begon met een vordering van de verweerster tot vernietiging van een arbitraal kortgedingvonnis dat op 29 maart 2000 was gewezen door het Nederlandse Arbitrage Instituut. De verweerster stelde dat er geen geldige overeenkomst tot arbitrage bestond, wat leidde tot de vernietiging van het vonnis door de rechtbank Rotterdam op 5 december 2002. De eiser ging in hoger beroep, maar het gerechtshof te 's-Gravenhage bekrachtigde op 24 november 2005 het vonnis van de rechtbank.
De eiser heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof. De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal E.M. Wesseling-van Gent strekte tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, wat inhoudt dat geen nadere motivering vereist is, omdat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen en de eiser veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 367,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De uitspraak is openbaar gedaan door raadsheer E.J. Numann.