ECLI:NL:HR:2001:AB0377
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- R. Herrmann
- A.E.M. van der Putt-Lauwers
- H.A.M. Aaftink
- O. de Savornin Lohman
- W.H. Heemskerk
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid voor schade door niet-naleving van medisch protocol bij arthroscopie
In deze zaak gaat het om de aansprakelijkheid van de Stichting Medisch Centrum Leeuwarden (MCL) en een chirurg voor schade die is ontstaan na een arthroscopie aan de linkerknie van de verweerder. De verweerder onderging op 26 juni 1992 een operatie waarbij een deel van zijn meniscus werd verwijderd. Na de ingreep werd hij niet behandeld met een anti-stollingsmiddel, wat volgens het protocol van het MCL vereist was. Dit leidde tot trombose in zijn linkerbeen en later in zijn rechterbeen. De verweerder stelde MCL en de chirurg aansprakelijk voor de schade die hij hierdoor had geleden.
De Rechtbank te Leeuwarden oordeelde dat er voldoende aannemelijkheid was dat het niet toedienen van het anti-stollingsmiddel een tekortkoming vormde. In hoger beroep vernietigde het Gerechtshof het vonnis van de Rechtbank en legde de bewijslast bij MCL en de chirurg om aan te tonen dat de trombose ook zonder de ingreep zou zijn opgetreden. MCL en de chirurg gingen in cassatie tegen het arrest van het Hof.
De Hoge Raad oordeelde dat het Hof terecht had geoordeeld dat het niet naleven van het protocol als een toerekenbare tekortkoming moest worden beschouwd. De Hoge Raad verwierp het beroep en bevestigde dat de aansprakelijkheid van MCL en de chirurg voor de schade van de verweerder was vastgesteld. De Hoge Raad benadrukte dat het niet toedienen van het anti-stollingsmiddel niet alleen een schending van het protocol was, maar ook een tekortkoming in de zorgplicht van de medische professionals. De kosten van het geding in cassatie werden aan MCL en de chirurg opgelegd.