ECLI:NL:HR:1999:AA3876
Hoge Raad
- Cassatie
- R. Roelvink
- H. Herrmann
- A. van der Putt-Lauwers
- J. Heemskerk
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van arrest Gerechtshof inzake bemiddelingsovereenkomst en toepasselijkheid NVM voorwaarden
In deze zaak gaat het om een geschil tussen eiser en verweerster over de toepasselijkheid van de NVM voorwaarden op een bemiddelingsovereenkomst. Eiser, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. J.E. Molenaar, heeft in cassatie beroep ingesteld tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, dat op 22 januari 1998 werd gewezen. De zaak betreft een bemiddelingsovereenkomst die op 20 april 1995 tot stand kwam tussen eiser en verweerster, waarbij eiser zijn woning te koop aanbood. Verweerster vorderde courtage op basis van de NVM voorwaarden, die volgens haar van toepassing waren. Eiser betwistte de toepasselijkheid van deze voorwaarden en stelde dat hij niet onrechtmatig had gehandeld door de overeenkomst op te zeggen.
De Rechtbank oordeelde dat de NVM voorwaarden niet van toepassing waren, maar het Gerechtshof bekrachtigde dit oordeel niet en oordeelde dat de voorwaarden wel degelijk van toepassing waren. Eiser ging in cassatie, waarbij de Advocaat-Generaal Hartkamp concludeerde tot vernietiging van het arrest van het Gerechtshof en verwijzing naar het Gerechtshof te 's-Gravenhage.
De Hoge Raad heeft het arrest van het Gerechtshof vernietigd en de zaak verwezen voor verdere behandeling. De Hoge Raad oordeelde dat de NVM voorwaarden niet van toepassing zijn, omdat eiser niet op de hoogte was gesteld van deze voorwaarden en er geen redelijke mogelijkheid was om hiervan kennis te nemen. De Hoge Raad heeft verweerster in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld.