Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.[bedrijf B] ,gevestigd te Tilburg,
[persoon B] ,[woonplaats] ,
[gedaagden] ,
1.Het verloop van het geding tot herroeping
- de akte overlegging producties;
- de memorie van antwoord;
- de conclusie van repliek met producties;
- de conclusie van dupliek;
- de mondelinge behandeling, waarbij beide partijen spreekaantekeningen hebben overgelegd;
- de bij H-12 formulier van 3 oktober 2024 door [gedaagden] toegezonden nadere producties 13 en 14, die bij de mondelinge behandeling bij akte in het geding zijn gebracht.
2.De feiten
3.Het arrest van 31 januari 2023
c) (primair en subsidiair) te verklaren voor recht dat [gedaagden] jegens [bedrijf A] hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de schade die [bedrijf A] lijdt of zal lijden ten gevolge van het opstellen van de verklaringen voor [persoon A] door [bedrijf B] , zoals overgelegd onder productie 15 in eerste aanleg;
d) (primair en subsidiair) [gedaagden] hoofdelijk te veroordelen tot betaling aan [bedrijf A] van de kosten van het geding, de kosten van de deurwaarder daaronder begrepen, te vermeerderen met nakosten en wettelijke rente.
i) [bedrijf B] te veroordelen tot betaling aan [bedrijf A] van een bedrag van
€ 82.086,98, althans een door het hof in goede justitie te bepalen bedrag, binnen 14 dagen na arrest, te vermeerderen met wettelijke rente;
4.De beoordeling van het geding tot herroeping
“[…] De belangen van [bedrijf A] als huurder en gebruiker van het gebouw en de belangen van [persoon A] , althans [bedrijf D] , als eigenaar/verhuurder van het pand waren in zekere zin gelijkluidend. Zij hadden immers beiden belang bij het welslagen van de verbouwing van het pand, het bouw project. Door Van den [persoon B] is ter zitting, in hoger beroep verklaard dat hij geen wetenschap had van het geschil tussen [bedrijf A] en [persoon A] en dat hij, indien hij dit had geweten, anders zou hebben gehandeld. Door [bedrijf A] zijn geen feiten en omstandigheden aangevoerd waaruit volgt dat [persoon B] indertijd wel kennis had van het huurgeschil.[…]”
- Griffierechten € 2.135,-
- Salaris advocaat € 3.642,- (3 punten x tarief II)
- Nakosten € 178,- (plus de verhoging zoals vermeld in de