Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte ] ,
- de vorderingen van de benadeelde partijen [benadeelde partij 1] (vader van het slachtoffer) en [benadeelde partij 2] (broer van het slachtoffer) zijn beiden toegewezen tot een bedrag ter hoogte van € 17.500,00 ter zake van immateriële schade (affectieschade). De benadeelde partijen zijn in het overige gedeelte van de vorderingen (shockschade) niet-ontvankelijk verklaard;
- de vorderingen van de benadeelde partijen [benadeelde partij 3] (moeder van het slachtoffer) en [benadeelde partij 4] (zus van het slachtoffer) zijn toegewezen tot bedragen ter hoogte van respectievelijk € 37.500,00 aan immateriële schade (bestaande uit
€ 4.569,00voor een gedenksteen, terwijl er een bedrag van
€ 4.567,00is gevorderd. Om hieromtrent geen misverstanden te laten bestaan, zal het hof de beslissing van de rechtbank ten aanzien van deze vordering vernietigen en opnieuw rechtdoen. Hierbij overweegt het hof nadrukkelijk dat het hof zich verenigt met hetgeen de rechtbank inhoudelijk heeft overwogen omtrent deze vordering. Dit geldt eveneens voor de vorderingen van de overige benadeelde partijen.
Beoordelingskader noodweer
Feiten en omstandigheden
Beoordeling van het beroep op noodweer
Het hof is voorts van oordeel dat onder de gegeven omstandigheden ook van de verdachte gevergd kon worden dat hij zich aan de (dreigende) aanranding zou onttrekken en dit had moeten doen. Gelet op de hiervoor eerdere (fysieke) confrontatie en hetgeen de verdachte bekend was over leden van die groep, had de verdachte zich naar het oordeel van het hof van de situatie moeten onttrekken. Uit zijn eigen verklaring blijkt ook dat hij zich er zelf bewust van is geweest dat hij beter weg kon gaan.
BESLISSING
Vordering van de [benadeelde partij 5]
€ 28.892,83 (achtentwintigduizend achthonderdtweeënnegentig euro en drieëntachtig cent) bestaande uit € 11.392,83 (elfduizend driehonderdtweeënnegentig euro en drieëntachtig cent) materiële schade en € 17.500,00 (zeventienduizend vijfhonderd euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 28.892,83 (achtentwintigduizend achthonderdtweeënnegentig euro en drieëntachtig cent) bestaande uit € 11.392,83 (elfduizend driehonderdtweeënnegentig euro en drieëntachtig cent) materiële schade en € 17.500,00 (zeventienduizend vijfhonderd euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, en bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 0 (nul) dagen.
- 19 oktober 2022 over een bedrag van € 5.726,00;
- 25 november 2022 over een bedrag van € 280,83;
- 21 maart 2023 over een bedrag van € 470,00;
- 3 mei 2023 over een bedrag van € 4.567,00;
- 9 juni 2023 over een bedrag van € 349,00.