‘Op maandag 4 juni 2018 is [hof: belanghebbende] gehoord. Uit deze verklaring komt, onder meer, het volgende naar voren;
• Hij is al een week in Nederland en heeft thuis geslapen. Hij wil niet zeggen waar dit is.
(…)
• Hij kwam om in de loods te helpen en verder weet hij niets. Hij was daar om die jongen, die ook is aangehouden, te helpen wat dozen te ordenen.
Op woensdag 6 juni 2018 is [persoon 3] voor de tweede keer gehoord. Uit deze verklaring komt, onder meer, het volgende naar voren;
(…)
• Hij had geen idee dat er zoveel illegale sigaretten in de loods in [plaats 2] waren, hij dacht dat er alleen papier was.
• Hij moest daar dozen stapelen en verder weet hij niets. Dat is hem gezegd door [persoon 4] , de jongen die samen met hem is aangehouden.
• Hij heeft deze [persoon 4] eind mei leren kennen in België. [persoon 4] woont in België.
(…)
• De eveneens aangehouden [persoon 2] (verdachte 1) noemt hij [persoon 4] . De naam [persoon 2] zegt hem niets.
(…)
• Een week geleden ontmoette hij [persoon 4] in België en toen hebben ze gesproken over werk. 4 juni was de 2e keer dat hij in de loods was.
• Een andere man heeft hen toen naar de loods gereden, hij weet niet of dit [persoon 5] was. Hij weet niet wie [persoon 5] is.
• Hij was op 4 juni in de loods om dozen op pallets te stapelen, maar had nog niets gedaan, want de politie kwam. De eerste keer, een week eerder, heeft hij wel dozen gestapeld. [persoon 4] vertelde hem wat hij moest doen.
(…)
• Hij was met [persoon 4] bezig met het inpakken van dozen en hij weet niet wie de andere personen waren die zijn te zien en wat ze deden. Ze waren in totaal met 4 personen.
(…)
De enige keren dat hij bij de loods is geweest, waren 30 mei en 4 juni.
• [persoon 4] was degene die de sleutel van de loods had.
(…) [persoon 3] zegt (…) dat hij alleen maar naar de loods is gekomen om dozen te stapelen.
• Hij zegt bezig te zijn geweest in een ander deel van de loods, op het moment dat de vrachtwagens werden geladen.
(…)
• Hij heeft wel sigarettenfilters gezien in de loods, toen er een paar dozen waren omgevallen.
Op 11 juni 2018 is [hof: belanghebbende] voor de derde keer gehoord. Uit deze verklaring komt, onder meer, het volgende naar voren;
• Hij kent [persoon 4] ( [persoon 2] , verdachte 1) pas 20 dagen.
• Hij moest in [plaats 2] alleen wat dozen stapelen of neerzetten en heeft niet geweten wat er in die dozen zat.
(…)
• [persoon 4] ( [persoon 2] ) heeft gezegd dat ze geld zouden krijgen, maar hij heeft nooit wat gekregen.
• Hij kan het niet bewijzen, maar hij zegt helemaal geen sigaretten gezien te hebben. Er stonden een heleboel dingen in de loods, die hij niet bewust heeft waargenomen.
• Hij heeft geen sigaretten gezien en niet aangeraakt.
(…)
• Hij baalt er van dat hij door zijn vertrouwen in zoiets verzeild is geraakt. Hij heeft de smoor in dat [persoon 4] ( [persoon 2] ) hem heeft verteld dat het om papier ging.