Uitspraak
Arrest van de economische kamer van het gerechtshof 's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
- overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 13 van de Wet Bodembescherming, opzettelijk begaan (feit 1);
- overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 6.2, eerste lid, van de Waterwet, opzettelijk begaan (feit 2);
- overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 10.2, eerste lid, van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan (feit 5) en
- de eendaadse samenloop van overtreding van voorschriften vastgesteld krachtens artikel 2.2, tiende lid, van de Wet dieren, terwijl dit onderwerpen betreffen als bedoeld in het tiende lid, onderdelen b, c, en d en deze overtreding plaatsvindt in de uitoefening van een bedrijf waar dieren krachtens artikel 2.3, tweede lid, Wet dieren aangewezen soorten of categorieën worden gehouden, meermalen gepleegd (feit 3), en een gedraging in strijd met het voorschrift vastgesteld bij artikel 2.2, achtste lid van de Wet dieren, meermalen gepleegd (feit 4).
- de verdachte ten aanzien van het tenlastegelegde onder 1 partieel zal vrijspreken van de pleegperioden 28 november 2017 tot en met 30 juni 2019 en 2 juli 2019 tot en met 27 november 2019 en ten aanzien van de pleegdatum 1 juli 2019 de verdachte partieel zal vrijspreken van de opslag op de bodem dan wel het in de bodem brengen van oude accu’s en/of olievaten;
- met betrekking tot het tenlastegelegde onder 1 op 28 november 2019 inhoudelijk bepleit dat het hof de verdachte integraal zal vrijspreken;
- ten aanzien van het onder 2 tenlastegelegde primair het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk zal verklaren in de vervolging;
- ten aanzien van het onder 2 tenlastegelegde subsidiair de verdachte partieel zal vrijspreken van de pleegperiode 1 juli 2019 tot en met 27 november 2019 alsmede op inhoudelijke gronden integraal van het tenlastegelegde op 28 november 2019;
- de verdachte ten aanzien van het onder 3 tenlastegelegde partieel zal vrijspreken van de pleegperiode 1 tot en 6 november 2019;
- voorts de verdachte partieel zal vrijspreken van het onder 3 tenlastegelegde dat hij er niet voor heeft gezorgd dat een aantal stieren en de kalveren een toereikende behuizing hadden onder voldoende hygiënische omstandigheden;
- tevens de verdachte partieel zal vrijspreken dan wel zal ontslaan van alle rechtsvervolging ten aanzien van het onder 3 tenlastegelegde dat hij er niet voor heeft gezorgd dat een aantal stieren een toereikende hoeveelheid gezond en voor de soort en/of leeftijd geschikt voer kregen toegediend en/of toegang hadden tot een toereikende hoeveelheid water van passende kwaliteit;
- de verdachte ten aanzien van het onder 4 tenlastegelegde partieel zal vrijspreken van de pleegperiode 1 tot en met 6 november 2019;
- voorts de verdachte integraal zal vrijspreken van feit 4;
- subsidiair zal bepalen dat het onder 3 en 4 tenlastegelegde in een eendaadse samenloop is gepleegd en dat hier rekening mee dient te worden gehouden in de strafmaat, en
- de verdachte ten aanzien van het tenlastegelegde onder 5 zal vrijspreken.
hij in of omstreeks de periode van 28 november 2017 tot en met 28 november 2019 te Vessem in de gemeente Eersel, terwijl hij op en/of in de bodem een handeling als bedoeld in artikel 6 tot en met 11 van de Wet bodembescherming heeft verricht, te weten het opslaan van afvalstoffen waaronder groenteafval, oude accu's en/of olievaten, en terwijl hij wist, althans redelijkerwijs had kunnen vermoeden, dat door die handeling de bodem kon worden verontreinigd en/of aangetast, al dan niet opzettelijk niet aan zijn verplichting heeft voldaan alle maatregelen te nemen die redelijkerwijs van hem kon worden gevergd, teneinde die verontreiniging en/of aantasting te voorkomen dan wel, terwijl die verontreiniging en/of aantasting zich voordeed, de verontreiniging of de aantasting en de directe gevolgen daarvan te beperken en zoveel mogelijk ongedaan te maken;
hij in of omstreeks de periode van 1 juli 2019 tot en met 28 november 2019, althans op of omstreeks 28 november 2019, te Vessem, gemeente Eersel, al dan niet opzettelijk stoffen, te weten afvloeiend terreinwater van zijn agrarisch bedrijf, heeft gebracht in een kavelsloot op of nabij het perceel [adres] aldaar, zijnde een oppervlaktewaterlichaam, terwijl:
hij in of omstreeks de periode van 1 tot en met 7 november 2019 te Vessem in de gemeente Eersel als degene die dieren houdt, er niet voor heeft gezorgd dat die dieren, te weten een aantal stieren, een voor die dieren toereikende hoeveelheid gezond en voor de soort en/of leeftijd geschikt voer kregen toegediend en/of toegang hadden tot een toereikende hoeveelheid water van passende kwaliteit en/of er niet voor heeft gezorgd dat die dieren, te weten ongeveer 59 kalveren, een toereikende behuizing hadden onder voldoende hygiënische omstandigheden;
hij in of omstreeks de periode van 1 tot en met 7 november 2019 te Vessem, gemeente Eersel, als houder van een of meer dieren, te weten een aantal stieren en/of een aantal kalveren, de nodige verzorging aan dat/deze dier(en) heeft onthouden, door
hij op 28 november 2019 te Vessem in de gemeente Eersel, terwijl hij op de bodem een handeling, als bedoeld in artikel 6 tot en met 11 van de Wet bodembescherming heeft verricht, te weten het opslaan van afvalstoffen waaronder groenteafval en olievaten, en terwijl hij redelijkerwijs had kunnen vermoeden dat door die handeling de bodem kon worden verontreinigd en/of aangetast, opzettelijk niet aan zijn verplichting heeft voldaan alle maatregelen te nemen die redelijkerwijs van hem kon worden gevergd, teneinde die verontreiniging en/of aantasting te voorkomen;
hij op 28 november 2019 te Vessem, gemeente Eersel, opzettelijk stoffen, te weten afvloeiend terreinwater van zijn agrarisch bedrijf, heeft gebracht in een kavelsloot op of nabij het perceel [adres] aldaar, zijnde een oppervlaktewaterlichaam, terwijl:
hij op 7 november 2019 te Vessem, in de gemeente Eersel, als degene die dieren houdt, er niet voor heeft gezorgd dat die dieren, te weten een aantal stieren, een voor die dieren toereikende hoeveelheid gezond en voor de soort en/of leeftijd geschikt voer kregen toegediend en toegang hadden tot een toereikende hoeveelheid water van passende kwaliteit;
hij op 7 november 2019 te Vessem, gemeente Eersel, als houder van dieren, te weten een aantal stieren, de nodige verzorging aan deze dieren heeft onthouden, door
Verweren van de verdediging
Oordeel van het hof
konworden verontreinigd. Hetgeen overigens door de verdediging is aangevoerd maakt het oordeel van het hof ook niet anders.
Verweren van de verdediging
Oordeel van het hof
Verweren van de verdediging
Oordeel van het hof
Verweren van de verdediging
Oordeel van het hof
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
100 (honderd) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
50 (vijftig) dagen hechtenis.
4 (vier) maanden.
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Bijlage bewijsmiddelen
1. Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 6 december 2019, p. 4-6, voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 2] :
het hof begrijpt: ten aanzien van) het bedrijf van de heer [verdachte] , gelegen aan [adres] . Het signaal betreft de verwaarlozing van het bedrijf als geheel en de daar aanwezige dieren. In 2018 is hiervan een soortgelijk strafrechtelijk dossier opgemaakt. Vanwege de eerdere bevindingen van de politie, NVWA en het Waterschap omtrent de bedrijfsvoering worden regelmatig controles bij dit bedrijf uitgevoerd. Om deze reden is een gezamenlijke controle met de ketenpartners (Omgevingsdienst Zuid Oost Brabant, Samen Sterk in Brabant en Waterschap de Dommel) uitgevoerd op 28 november 2019. Momenteel, 28 november 2019, is op het adres [adres] alleen nog het loonwerkersbedrijf van de heer [verdachte] ingeschreven. De volledige personalia van [verdachte] luiden: [verdachte] , geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] -1969, wonende te [adres] .
2. Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 6 december 2019, p. 35-36, voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 3] :
3. Het milieuproces-verbaal d.d. 4 december 2019, p. 40-43, (en bijlage 4, p. 65-72) voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 1] :
4. Het hercontroleverslag Omgevingsrecht (agrarisch) d.d. 3 december 2019, p. 73-79, voor zover inhoudende als relaas van toezichthouder [verbalisant 5] :
(Her) controlepunten
1. Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 15 november 2019, voor zover inhoudende als relaas van verbalisanten [verbalisant 6] en [verbalisant 7] :
- Runderen niet kunnen beschikken over drinkwater en/of drinkwater van passende kwaliteit.
- Runderen beschikten niet over voldoende gezond en voor de diersoort geschikt voedsel.