Uitspraak
[appellant],
Enexis,
5.Het verdere verloop van de procedure
6.De beoordeling
“er in de meterkast een illegale aftakking van de elektriciteit was gemonteerd”en dat
“de elektrische apparatuur ten behoeve van de hennepkwekerij was aangesloten op de illegale aftakking. Het elektrische verbruik van deze apparatuur werd dan ook niet geregistreerd door de elektriciteitsmeter.”
“aangelegd achter de meter door”en deze
“rechtstreeks op de blokken van de PNEM”heeft aangesloten en dat
“Tussen de aftakking van de hoofdkabel en het eindverbruik voor de hennepkwekerij”een meter gemonteerd zit. Voorts heeft [appellant] verklaard dat
“twee eerdere pogingen”om hennep te kweken zijn mislukt, dus dat hij drie keer een nieuwe oogst heeft opgezet, maar nog niet heeft geoogst. De eerste keer hebben de hennepplanten volgens verklaring van [appellant]
“een week of twee gestaan”en de tweede keer is het volgens verklaring van [appellant] misgegaan
“na een week of 5”.
grief 1beroept [appellant] zich op een betalingsafspraak tussen hem en Enexis. Hij voert in dat verband, kort gezegd, aan dat [de fraude-inspecteur] op 13 maart 2014 in naam van Enexis aan hem heeft medegedeeld dat betaling van € 3.000,00 volstond om deze kwestie af te wikkelen en dat hij hiermee uitdrukkelijk akkoord is gegaan. Daarmee is tussen partijen een overeenkomst tot stand gekomen, inhoudende betaling van € 3.000,00 tegen finale kwijting en decharge om de beweerde energiediefstal op te lossen. [appellant] werd daarna meegenomen door de politie. Hij heeft nadien tevergeefs geprobeerd om met Enexis over de afspraak in contact te komen en deze uit te voeren.
grief 2komt [appellant] op tegen het oordeel van de kantonrechter dat hij jegens Enexis onrechtmatig heeft gehandeld. Met
grief 3klaagt hij erover dat de kantonrechter ten onrechte de schadeberekening van Enexis heeft overgenomen.