Uitspraak
1.Het verloop van het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
Met ingang van 1 juli 2018 heeft de vrouw echter een hogere draagkracht dan de door de rechtbank berekende € 124,- per maand. Dit zou tot gevolg hebben dat de door de man te betalen bijdrage met ingang van deze datum lager zou worden en er een terugbetalingsverlichting voor [jongmeerderjarige 2] jegens de man zou ontstaan. Nu het hof (zoals reeds is overwogen in rov. 5.4.3.) van oordeel is dat van [jongmeerderjarige 2] niet gevergd kan worden dat zij teveel ontvangen alimentatie aan de man terugbetaalt, zal het hof – mede gezien het feit dat het een relatief beperkte periode (juli t/m december 2018) betreft, de bestreden beschikking ten aanzien van de bijdrage van de man in de kosten van [jongmeerderjarige 2] bekrachtigen.
€ 90,-