Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
Aldus bedraagt de naheffing € 3.157 -/- € 1.875 = € 1.282.
11.786 -/-
3.Geschil, alsmede standpunten en conclusies van partijen
Ter zitting bij de Rechtbank heeft de Inspecteur zich op het nadere standpunt gesteld dat de herstelkosten voor de beschadigde spiegelkap van € 193 in aanmerking mogen worden genomen. Ter zitting van het Hof heeft de Inspecteur een beroep op interne compensatie gedaan voor het geval belanghebbendes hoger beroep gegrond wordt verklaard. De herstelkosten voor de spiegelkap hadden door de Rechtbank slechts voor 72% als schadeaftrek meegenomen mogen worden in plaats van voor 100%, aldus de Inspecteur.
4.Gronden
11.286 -/-
,behoudens de beslissingen omtrent de boetebeschikking, de proceskosten en het griffierecht. Het Hof zal het beroep gegrond verklaren, de uitspraken van de Inspecteur vernietigen en de naheffingsaanslag verminderen tot een bedrag van € 529.
5.Beslissing
- verklaart het hoger beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak van de Rechtbank, behoudens de beslissingen omtrent de boetebeschikking, de proceskosten en het griffierecht;
- verklaart het tegen de uitspraken van de Inspecteur bij de Rechtbank ingestelde beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraken op bezwaar van de Inspecteur;
- vermindert de naheffingsaanslag tot € 529;
- gelast dat de Inspecteur aan belanghebbende het door deze ter zake van de behandeling van het hoger beroep bij het Hof betaalde griffierecht ten bedrage van € 501 vergoedt; en
- veroordeelt de Inspecteur in de kosten van het geding bij het Hof aan de zijde van belanghebbende, vastgesteld op in totaal € 1.595,83.