De familie heeft in hoger beroep vijf grieven aangevoerd, haar eis gewijzigd en geconcludeerd tot vernietiging van het beroepen vonnis en tot het alsnog toewijzen van haar vorderingen in de hoofdzaak en het incident. De in de memorie van grieven opgenomen eiswijziging luidt als volgt. De familie vordert -uitvoerbaar bij voorraad- dat het hof:
In de hoofdzaak
I. a. voor recht verklaart dat het tweede testament van erflaatster nietig is, althans dat het hof dit testament vernietigt;
b. te verklaren voor recht dat (derhalve) gelding heeft, en ten gevolge daarvan dient te worden uitgevoerd, het eerste testament van erflaatster;
II. voorwaardelijk, voor het geval de vordering sub I niet wordt toegewezen, voor recht verklaart dat [geïntimeerde] onwaardig is om voordeel te trekken uit het tweede testament van erflaatster en dat [geïntimeerde] derhalve hieraan geen rechten kan ontlenen;
III. voorwaardelijk, voor het geval de vorderingen sub I en II niet worden toegewezen, voor recht verklaart dat de aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving door [geïntimeerde] bij akte van 31 december 2014 van het tweede testament van erflaatster nietig is, althans dat het hof deze aanvaarding vernietigt;
IV. voorwaardelijk, voor zover de vorderingen sub I, II of III niet worden toegewezen, voor recht verklaart dat de uitvoering van het tweede testament van erflaatster naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is, althans dat [geïntimeerde] hieraan geen rechten kan ontlenen;
V. voor recht verklaart dat de aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving door [geïntimeerde] bij akte van 31 december 2014 van het tweede testament van erflaatster onrechtmatig is jegens de familie;
VI. [geïntimeerde] te veroordelen tot:
A. indien en voor zover te gelden heeft en uitvoering gegeven moet worden aan het eerste testament van erflaatster:
a. afgifte van de goederen behorende tot de nalatenschap van erflaatster bestaande uit de inboedelgoederen, garagebox, vorderingen en gelden, een en ander zoals gespecificeerd in randnummer 89 van de memorie van grieven aan de nicht en haar kinderen, zulks onder verbeurte van een dwangsom van € 1.000,- per dag;
b. betaling aan de familie van € 12.000,- ter zake van een door hem aangegane lening, vermeerderd met rente en kosten;
c. het doen van rekening aan de familie over het door hem gevoerde beheer in de periode vanaf 1 januari 2009 tot aan de waarop dit beheer zal zijn geëindigd over het vermogen van erflaatster en het afleggen van verantwoording daarover;
d. vergoeding van de schade die de familie heeft geleden, zoals gespecificeerd in randnummer 89 van de memorie van grieven, bestaande uit het gederfde erfdeel, immateriële schade en kosten, althans vergoeding van de schade aan de familie nader op te maken bij staat, althans vergoeding van de schade aan de familie zoals door het hof in goede justitie te bepalen;
B. indien en voor zover het tweede testament van erflaatster in stand blijft maar daaraan geen uitvoering wordt gegeven dan wel daaruit geen voordeel getrokken mag worden door [geïntimeerde] of hij daaraan geen rechten mag ontlenen, dan wel de aanvaarding van dit testament door [geïntimeerde] nietig is of vernietigd wordt:
a. afgifte van de goederen behorende tot de nalatenschap van erflaatster bestaande uit de inboedelgoederen, garagebox, vorderingen en gelden, een en ander zoals gespecificeerd in randnummer 89 van de memorie van grieven aan de zussen, onder verbeurte van een dwangsom van € 1.000,- per dag;
b. betaling aan de familie van € 12.000,- ter zake van een door hem aangegane lening, vermeerderd met rente en kosten;
c. het doen van rekening aan de familie over het door hem gevoerde beheer in de periode vanaf 1 januari 2009 tot aan de waarop dit beheer zal zijn geëindigd over het vermogen van erflaatster en het afleggen van verantwoording daarover;
d. vergoeding van de schade die de familie heeft geleden, zoals gespecificeerd in randnummer 89 van de memorie van grieven, bestaande uit het gederfde erfdeel, immateriële schade en kosten, althans vergoeding van de schade aan de familie nader op te maken bij staat, althans vergoeding van de schade aan de familie zoals door het hof in goede justitie te bepalen;
C. indien en voor zover het tweede testament van erflaatster in stand blijft en de aanvaarding daarvan door [geïntimeerde] in stand blijft:
a. het doen van rekening aan de familie over het door hem gevoerde beheer in de periode vanaf 1 januari 2009 tot aan de waarop dit beheer zal zijn geëindigd over het vermogen van erflaatster en het afleggen van verantwoording daarover;
b. vergoeding van de schade die de familie heeft geleden, zoals gespecificeerd in randnummer 89 van de memorie van grieven, bestaande uit het gederfde erfdeel, immateriële schade en kosten, althans vergoeding van de schade aan de familie nader op te maken bij staat, althans vergoeding van de schade aan de familie zoals door het hof in goede justitie te bepalen;
VII. voorwaardelijk, namelijk voor zover [geïntimeerde] niet binnen 14 dagen na betekening van het in deze te wijzen arrest aan de veroordelingen op grond van de vorderingen sub VI zal voldoen dan wel indien de vorderingen sub VI tegen [geïntimeerde] geheel of deels worden afgewezen, de parochie, het bisdom en/of de bisschop hoofdelijk te veroordelen tot vergoeding van de schade die de familie heeft geleden, zoals gespecificeerd in randnummer 89 van de memorie van grieven, bestaande uit het gederfde erfdeel, immateriële schade en kosten, althans vergoeding van de schade aan de familie nader op te maken bij staat, althans vergoeding van de schade aan de familie zoals door het hof in goede justitie te bepalen;
VIII. het bisdom en de bisschop te veroordelen tot het treffen van maatregelen jegens [geïntimeerde] een en ander overeenkomstig de bepalingen van het Wetboek van Canoniek Recht tot handhaving van de regels van het canonieke recht, zulks te doen binnen 14 dagen na betekening van het in deze te wijzen arrest, zulks onder verbeurte van een dwangsom van € 500,- per dag;
IX. voorwaardelijk, voor het geval de vorderingen onder I tot en met VIII geheel of deels worden afgewezen, geïntimeerden ieder voor zich dan wel gezamenlijk te veroordelen tot vergoeding van de schade die de familie heeft geleden, een en ander zoals gespecificeerd in randnummer 89 van de memorie van grieven, bestaande uit het gederfde erfdeel, immateriële schade en kosten, althans vergoeding van de schade aan de familie nader op te maken bij staat, althans vergoeding van de schade aan de familie zoals door het hof in goede justitie te bepalen;
en in het incident:
[geïntimeerde] te veroordelen om aan de familie afschriften te verstrekken van: