Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Ontstaan en loop van het geding
€ 500, de Inspecteur veroordeeld in de kosten van het bezwaar en van het geding bij de Rechtbank aan de zijde van belanghebbende vastgesteld op een bedrag van, in totaal, € 1.005 en gelast dat de Inspecteur het door belanghebbende betaalde griffierecht van € 328 aan haar vergoedt.
[G] .
2.Feiten
€ 401 afgegeven. In de naheffingsaanslag wordt voor de motivering verwezen naar “de bevindingen uit het bijgevoegde rapport”.
Verantwoording
€ 53.125. [N] past geen extra correctie in verband met schade toe en geeft daartoe als reden dat aan de auto slechts (lichte) gebruikssporen werden geconstateerd.
3.Geschil, alsmede standpunten en conclusies van partijen
De Inspecteur concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank en tot ongegrond verklaring van het tegen de uitspraken van de Inspecteur bij de Rechtbank ingestelde beroep.
4.Gronden
10 januari 2017, nrs. 15/00182 tot en met 15/00270, ECLI:NL:GHARL:2017:131).
Het Hof staat voorts geen aftrek toe op de handelswaarde in verband met de opkomst van een nieuw model, aangezien deze marktomstandigheid ook van invloed zal zijn geweest op de transacties die ten grondslag liggen aan de handelswaarde zoals weergegeven in de toegepaste koerslijst en geacht wordt daarin te zijn verwerkt. Op grond van het voorgaande stelt het Hof de handelswaarde vast op € 16.243 -/- € 1.000 = € 15.243.
€ 16.494, een werkelijke afschrijving van € 24.736, een historisch bruto BPM van € 8.485, een werkelijk afschrijvingspercentage van afgerond 60 % (€ 24.736/€ 41.230) en een afschrijving op de historische bruto BPM van € 5.091, op € 3.394. Nu belanghebbende een bedrag op aangifte voldaan heeft van € 2.368, heeft belanghebbende ter zake van deze auto een bedrag van € 1.026 te weinig aan BPM voldaan.
€ 1.571).
Op grond van het voorgaande stelt het Hof de handelswaarde vast op € 19.536 (koerswaarde van € 21.402 -/- 295 -/- € 1.571).
5.Beslissing
- verklaarthet hoger beroep gegrond;
- vernietigtde uitspraak van de Rechtbank, behoudens de beslissing omtrent het griffierecht, de proceskosten en de immateriële schadevergoeding;
- verklaarthet tegen de uitspraken van de Inspecteur bij de Rechtbank ingestelde beroep gegrond;
- vernietigtde uitspraken van de Inspecteur; en
- vermindertde naheffingsaanslag tot een bedrag van € 5.943, met dienovereenkomstige vermindering van de beschikking belastingrente.