Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
[woonplaats],
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
Bij de Rijksoverheid worden voor de behandeling van Wob-verzoeken over het algemeen geen kosten in rekening gebracht.”. Voor andere overheidslagen zie ik geen reden voor een verschillende behandeling wat het berekenen van kosten betreft.”.
Leges
3.Geschil, alsmede standpunten en conclusies van partijen
4.Gronden
5.Beslissing
- vernietigt de uitspraak van de Rechtbank,
- verklaart het tegen de uitspraak van de Heffingsambtenaar bij de Rechtbank ingestelde beroep gegrond,
- vernietigt de uitspraak op bezwaar van de Heffingsambtenaar doch enkel voor wat betreft de beslissing omtrent de kostenvergoeding voor de bezwaarfase,
- gelast dat de Heffingsambtenaar aan belanghebbende het door deze ter zake van de behandeling van het beroep bij de Rechtbank en het hoger beroep bij het Hof betaalde griffierecht ten bedrage van in totaal € 167 vergoedt,
- veroordeelt de Heffingsambtenaar in de kosten van het bezwaar aan de zijde van belanghebbende, vastgesteld op in totaal € 246, en
- veroordeelt de Heffingsambtenaar in de kosten van het geding bij de Rechtbank en het Hof aan de zijde van belanghebbende, vastgesteld op in totaal € 992.