Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte],
- primair de niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie bepleit;
- subsidiair integrale vrijspraak van het onder 1, 2, 3 en 4 ten laste gelegde bepleit;
- zich gerefereerd aan het oordeel van het hof met betrekking tot het beslag.
hij in of omstreeks de periode van 13 februari 2003 tot en met 22 september 2003, te Breda, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, althans een ander, althans alleen, van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt, immers heeft/hebben hij, verdachte en/of zijn mededader(s) (een) voorwerp(en), te weten telkens (een) geldbedrag(en)/geld (tot een totaal geldbedrag van euro 2.336.344,- en/of 258.520,- Britse ponden) van
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van 13 februari 2003 tot en met 07 juni 2003 te Breda, althans in het arrondissement Breda, in elk geval in Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) (een) Western Union money transferformulier(en), – (elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen – valselijk heeft opgemaakt of vervalst, immers heeft verdachte (telkens) valselijk
- die/dat formulier(en) op naam van [medeverdachte] als opdrachtgever opgemaakt en/of (vervolgens)
- voorzien van de handtekening die moest doorgaan voor de handtekening van die
hij op of omstreeks 22 september 2003, te Breda, althans in Nederland, een voorwerp, te weten een geldbedrag van 36.910 Britse ponden, heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen en/of omgezet, althans van een voorwerp, te weten dat geldbedrag, gebruik heeft gemaakt, terwijl hij wist, dan wel redelijkerwijze had moeten vermoeden, dat bovenomschreven voorwerp – onmiddellijk of middellijk – afkomstig was uit enig misdrijf;
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 1999 tot en met 1 juni 2002, althans in het jaar 2002, te Breda, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een geldbedrag van (ongeveer) US Dollar 30.000,- heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die/dat geldbedrag(en) wist(en), dan wel redelijkerwijze had(den) moeten vermoeden, dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof.
hij in de periode van 13 februari 2003 tot en met 22 september 2003, te Breda, van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt, immers heeft hij, verdachte, voorwerpen, te weten telkens een geldbedrag (tot een totaal geldbedrag van euro
hij op tijdstippen gelegen in de periode van 13 februari 2003 tot en met 7 juni 2003 te Breda, Western Union money transferformulieren, – (elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen – valselijk heeft opgemaakt, immers heeft verdachte (telkens) valselijk
- dat formulier op naam van [medeverdachte] als opdrachtgever opgemaakt en (vervolgens)
- voorzien van de handtekening die moest doorgaan voor de handtekening van die
hij op 22 september 2003, te Breda, een voorwerp, te weten een geldbedrag van 36.910 Britse ponden, voorhanden heeft gehad, terwijl hij wist dat bovenomschreven voorwerp – onmiddellijk of middellijk – afkomstig was uit enig misdrijf.
- dat er in de ten laste gelegde periode nagenoeg steeds veel geld werd overgemaakt op naam van één afzender naar verschillende ontvangers in overwegend één land;
- dat het totaalbedrag ongewoon groot is, volgens de directeur van Western Union Financial Services;
- dat van een aantal money transfers niet alleen de doorslagen zijn aangetroffen maar ook de originelen die aan de klant verstrekt dienen te worden;
van het plegen van witwassen een gewoonte maken, meermalen gepleegd.
valsheid in geschrift, meermalen gepleegd.
witwassen.
BESLISSING
onder 4ten laste gelegde heeft begaan en
spreekt de verdachte daarvan vrij.
bewezendat de verdachte het
onder 1, 2 en 3ten laste gelegde heeft begaan.
gevangenisstrafvoor de duur van
308 (driehonderdacht) dagen.
270 (tweehonderdzeventig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
taakstrafvoor de duur van
200 (tweehonderd) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
100 (honderd) dagen hechtenis.