Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Procesverloop
De naheffingsaanslagen en de boetebeschikkingen zijn, na daartegen gemaakt bezwaar, bij in één geschrift vervatte uitspraken van de Inspecteur gehandhaafd.
In de zaak met kenmerk 13/00801 heeft het Hof geen griffierecht geheven.
- een begeleidende brief van de Inspecteur,
- de geschoonde versie van het antwoord van de Staatssecretaris van Financiën op het verzoek in het kader van de Wob (zoals ook bij het verweerschrift was overgelegd), en
- een afschrift van het convenant tussen de KLPD en de Belastingdienst van 25 januari 2011 inzake de ANPR-gegevens.
3 december 2013, ervan op de hoogte gesteld dat het Hof het dossier in handen heeft gesteld van de geheimhoudingskamer om een beslissing te nemen op het door de Inspecteur gedane beroep op het bepaalde in artikel 8:29 van de Awb.
2. Geschil
3.Beoordeling van het geschil
Geheimhouding:(delen van de) stukken mogen door de Inspecteur worden onthouden aan de rechter die de hoofdzaak beslist en aan de wederpartij; zowel de rechter die de hoofdzaak beslist als de wederpartij nemen geen kennis van deze (delen van) stukken en deze blijven bij de beslissing van de hoofdzaak geheel buiten beschouwing (geheimhouding). (Weigering als bedoeld in lid 1 van art. 8:29 van de Awb door de Inspecteur om (delen van de) stukken aan zowel de rechter die de hoofdzaak beslist als de wederpartij over te leggen is gerechtvaardigd.)
Beperking kennisneming:de (delen van de) stukken komen wel ter beschikking van de rechter die de hoofdzaak beslist, maar de wederpartij kan geen kennis nemen van deze (delen van) stukken: de kennisneming is beperkt tot de rechter die de hoofdzaak beslist (beperkte kennisneming).
in geschoonde vormovergelegd, dat wil zeggen de naam en het adres van de verzoeker om het convenant te verkrijgen en de naam en de contactgegevens van de ambtenaar zijn weggehaald. Hoewel de Inspecteur ten aanzien van deze brief niet expliciet heeft aangegeven dat deze gegevens zijn weggelaten gelet op de privacy van de verzoeker en de ambtenaar, begrijpt de geheimhoudingskamer dat de brief geschoond is in het belang van de privacy van betrokkenen.
- de naam en het adres van de verzoeker om het convenant te verkrijgen, en
- de naam en de contactgegevens van de ambtenaar.