Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.De stichting Psycho [vestigingsplaats],gevestigd te [vestigingsplaats],
[geintimeerde sub 2.],wonende te [woonplaats],
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellant] tegen een vonnis van de rechtbank 's-Hertogenbosch, waarin zijn vordering tot schadevergoeding werd afgewezen. De zaak betreft de aansprakelijkheid van [geintimeerde sub 2.], een psychiater, voor schade die [appellant] zou hebben geleden als gevolg van een deskundigenrapport dat door [geintimeerde sub 2.] is opgesteld in 1998. Het hof oordeelt dat [appellant] met de ontvangst van het WAO-intrekkingsbesluit, dat verwees naar het rapport van [geintimeerde sub 2.], bekend was met zowel de schade als de aansprakelijke persoon. Dit betekent dat de verjaringstermijn van vijf jaar, zoals vastgelegd in artikel 3:310 BW, is gaan lopen. Het hof stelt vast dat [appellant] onvoldoende inspanning heeft geleverd om kennis te nemen van het rapport, wat betekent dat hij zich niet kan beroepen op subjectieve onbekendheid met de aansprakelijke persoon. Het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank en wijst de vordering van [appellant] af, waarbij hij wordt veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep.