ECLI:NL:GHSHE:2001:AD8483
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- R.J. Koopman
- M. Leclercq-Van Schaik
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen de uitspraak van de Inspecteur inzake inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 21 december 2001 uitspraak gedaan in het beroep van belanghebbende X tegen de beslissing van de Inspecteur van de rijksbelastingdienst. De mondelinge behandeling vond plaats op 12 december 2001, waarbij zowel de belanghebbende als de Inspecteur aanwezig waren. De zaak betreft een bezwaarschrift van belanghebbende tegen zijn aanslag in de inkomstenbelasting en de premie volksverzekeringen voor het jaar 1996, alsook de heffingsrente die daarbij in rekening was gebracht.
Het Hof bevestigde de uitspraak van de Inspecteur. Belanghebbende had zijn stelling ingetrokken dat het vakantiegeld slechts voor 75% in de belastingheffing mocht worden betrokken, verwijzend naar een arrest van de Hoge Raad. Daarnaast stelde belanghebbende dat hij recht had op aftrek van kosten gerelateerd aan zijn werkzaamheden voor het FNV, maar het Hof oordeelde dat deze werkzaamheden niet als bestuurslid of vertegenwoordiger konden worden aangemerkt. De Inspecteur had bovendien voorwaarden gesteld voor de aftrekbaarheid van deze kosten, waaraan belanghebbende niet voldeed.
Verder klaagde belanghebbende over de behandeling van vervoerskosten en de betaling aan het 'Kreatief Centrum'. Het Hof oordeelde dat belanghebbende niet voldoende bewijs had geleverd voor de door hem gestelde uitgaven en dat de betaling aan het centrum niet als gift kon worden aangemerkt. Tot slot werd de klacht over de heffingsrente verworpen, omdat de vertraging in de afhandeling van de aangifte aan belanghebbende zelf te wijten was.
Het Hof concludeerde dat de bestreden uitspraak van de Inspecteur bevestigd moest worden, en dat er geen termen aanwezig waren om de Inspecteur te veroordelen in de proceskosten van belanghebbende. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door R.J. Koopman, lid van de Kamer, in aanwezigheid van waarnemend-griffier M. Leclercq-Van Schaik.