Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de spoedappeldagvaarding van 12 januari 2024, met bijlage, waarmee [appellant] in hoger beroep is gekomen van het vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Den Haag van 27 december 2023;
- de memorie van antwoord van de Staat, met bijlagen;
- de bijlagen die [appellant] en de Staat ter gelegenheid van de hierna te noemen mondelinge behandeling hebben overgelegd.
3.Feitelijke achtergrond
- In het PPC verblijven mannelijke en vrouwelijke gedetineerden met uiteenlopende status: preventief, afgestraft, ISD, TBS en er wordt hierbij geen onderscheid gemaakt in de zorg die patiënten ontvangen, dus ook niet bij gedetineerden die als passant in het PPC verblijven. Bij alle categorieën gedetineerden wordt gekeken naar welke zorg zij nodig hebben. Er zijn veel mogelijkheden tot behandeling, voor verschillende psychiatrische beelden.
- Voor alle patiënten, dus ook de tbs-passanten, bestaat de behandeling uit diagnostiek en het opstellen en uitvoeren van een behandelplan met als doel verbetering van het toestandsbeeld. In de tbs-setting is de behandeling breder, er zijn meer mogelijkheden tot therapie en de behandeling is specifiek gericht op vermindering van recidive.
- In het PPC is sprake van een therapeutisch klimaat. Er wordt verantwoorde forensische zorg verleend aan gedetineerden met ernstige psychische problemen en stoornissen. De begeleiding en behandeling is op maat. De gedetineerde krijgt een regiebehandelaar toegewezen, er vinden regelmatig gesprekken plaats tussen patiënt en behandelaren en er is elke week een multidisciplinair overleg (MDO).
- [appellant] is bij binnenkomst in het PPC op 29 april 2021 op een afdeling met zorgzwaarte F/G
- Er is geen sprake van vernieling van spullen en agressie gericht tegen personeel of medegedetineerden. Er wordt afgelopen maanden een rustig en stabiel psychiatrisch beeld gezien. Er is in deze periode geen sprake geweest van incidenten en zijn verblijf op de afdeling verloopt probleemloos. Wel geeft hij met regelmaat bij het personeel aan weg te willen uit het PPC en naar een tbs-instelling te willen gaan.
4.Procedure bij de rechtbank
5.Vordering in hoger beroep
6.Beoordeling in hoger beroep
Algemeen
“verdachte zo snel mogelijk wordt behandeld”(zie 3.2.). Ook dit vormt naar voorlopig oordeel van het hof geen zwaarwegende bijzondere omstandigheid. Zoals de Staat terecht heeft opgemerkt is dit voor álle passanten van belang. Ook als het zo is, dat een dergelijke overweging zelden voorkomt in een strafuitspraak zoals [appellant] stelt, betekent dat nog niet dat de overweging zo moet worden uitgelegd dat de strafrechter heeft bedoeld dat aan [appellant] voorrang moet worden verleend boven andere passanten die al langer op de wachtlijst staan.
7.Beslissing
- bekrachtigt het vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Den Haag van 27 december 2023;
- compenseert de proceskosten in hoger beroep.