Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de dagvaarding van 15 oktober 2023, waarmee [appellant] in hoger beroep is gekomen van het proces-verbaal van de mondelinge uitspraak (hierna ook: het vonnis) van de kantonrechter in de rechtbank Rotterdam van 17 juli 2023;
- de memorie van grieven van [appellant].
3.Feitelijke achtergrond en de procedure bij de kantonrechter
4.Vorderingen in hoger beroep
5.Beoordeling in hoger beroep
Zou u mij willen laten weten wat het openstaand bedrag op dit moment is. Ik heb begrepen dat er in ieder geval vanaf afgelopen november een bedrag door de SvB aan u wordt voldaan.” In een vervolgens op 19 april 2023 door de deurwaarder toegezonden specificatie van de vordering is vermeld dat € 290,52 reeds is voldaan. Bovendien stelt [appellant] dat aan het e-mailcontact met de deurwaarder vooraf is gegaan dat zijn gemachtigde contact heeft gezocht met de SVB vanwege een beslaglegging op zijn AOW-uitkering en dat toen bleek “
dat er reeds vanaf november 2022 beslag was gelegd door Audejo”. [5]
6.Beslissing
- bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Rotterdam van 17 juli 2023;
- veroordeelt [appellant] in de kosten van de procedure in hoger beroep, aan de zijde van Audejo begroot op nihil.