Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Uitspraak van 28 december 2023
[X] , te [Z] , belanghebbende,
de inspecteur van de Belastingdienst, de Inspecteur,
Procesverloop
Feiten
€ 819. De verschuldigde Bpm is berekend met behulp van een taxatierapport van [naam taxateur] (het taxatierapport). De taxatie van de auto heeft op 30 mei 2019 plaatsgevonden en het taxatierapport is op 30 juni 2019 opgesteld.
€ 8.078. De datum van eerste toelating is 27 november 2018.
€ 24.362 te verminderen met een door de taxateur bepaald bedrag aan schade van (naar boven afgerond) € 20.180 en rekening houdend met een daarop in mindering komende correctie van € 200 in verband met normale gebruikssporen. De handelsinkoopwaarde zonder schade van € 24.362 is gebaseerd op de vraagprijzen van vijf gelijksoortige auto’s.
Oordeel van de Rechtbank
Omschrijving geschil in hoger beroep en conclusies van partijen
- tot gedeeltelijke vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank;
- tot vernietiging van de uitspraak op bezwaar;
- primair tot vernietiging van de naheffingsaanslag;
- subsidiair tot vaststelling van de inkoopwaarde van de auto op een bedrag van € 19.932, tot vaststelling van de verschuldigde Bpm op een bedrag van € 3.508 en tot vermindering van de naheffingsaanslag naar een bedrag van € 2.689.
Beoordeling van het hoger beroep
€ 2.400. Belanghebbende baseert deze vermindering op de in punt 7.3 van de NIVRE-richtlijn opgenomen formule.
Proceskosten en griffierecht
Beslissing
- bevestigt de uitspraak van de Rechtbank, behalve voor zover deze betrekking heeft op de proceskosten;
- veroordeelt de Inspecteur in de proceskosten aan de zijde van belanghebbende tot een bedrag van € 1.492; en
- gelast de Inspecteur het in hoger beroep geheven griffierecht van € 274 te vergoeden.