4.1.In eerste aanleg heeft Hadek gevorderd, in de weergave van het vonnis:
a. a) [appellant] te veroordelen tot nakoming van zijn verplichtingen voortvloeiende uit de met Hadek op 2 januari 2014 gesloten arbeidsovereenkomst, en in het verlengde daarvan [appellant] te veroordelen om binnen uiterlijk 24 uur na betekening van het te wijzen vonnis iedere schending (wanprestatie) van de in de arbeidsovereenkomst opgenomen bedingen - artikel 5 (geheimhouding), artikel 6 (documenten onder zich) en artikel 8 (concurrentie- en relatiebeding) - ogenblikkelijk te staken en gestaakt te houden, voor wat betreft het concurrentie- en relatiebeding gedurende de looptijd daarvan, een en ander op straffe van een dwangsom ad € 25.000,- voor iedere dag dat [appellant] daarmee in gebreke is en blijft, althans een zodanige dwangsom als de voorzieningenrechter in deze meent redelijk en passend te zijn;
a1) [appellant] , in overeenstemming met artikel 6 van de arbeidsovereenkomst, te bevelen om binnen uiterlijk 24 uur na betekening van het te wijzen vonnis over te gaan tot afgifte aan Hadek van alle gegevens en informatie die eigendom zijn van Hadek en die [appellant] nog in zijn bezit heeft, dit zonder daarvan op enige wijze een kopie achter te houden, een en ander op straffe van een dwangsom ad € 10.000,- voor iedere dag dat [appellant] daarmee in gebreke is en blijft, althans een zodanige dwangsom als de voorzieningenrechter in deze meent redelijk en passend te zijn;
b) [appellant] te veroordelen om de door hem aan Hadek verschuldigde contractuele boetes vanwege zijn schending van het concurrentie-, relatie- en geheimhoudingsbeding te voldoen, welk boetebedrag, berekend tot en met de dag van betekening van onderhavige dagvaarding, beloopt € 50.000,- per overtreding plus p.m.;
c) [appellant] te veroordelen tot het binnen uiterlijk 24 uur na betekening van het te wijzen vonnis ogenblikkelijk staken en gestaakt houden van zijn onrechtmatig handelen jegens Hadek, in welke vorm en op welke wijze dan ook, dat gedurende de looptijd van het non-concurrentie/relatiebeding waaraan [appellant] zich jegens Hadek heeft gebonden, dat op straffe van een dwangsom ad € 100.000,- voor iedere dag dat [appellant] hiermede in gebreke is en blijft, althans een zodanige dwangsom als de voorzieningenrechter in deze meent redelijk en passend te zijn;
d) [appellant] te veroordelen tot het ogenblikkelijk (af)geven van inzage of afschrift van de door Hadek in onderhavige dagvaarding en het rekest d.d. 21 juni 2022 gevraagde informatie en bescheiden, dat op straffe van een dwangsom ad € 10.000,- voor iedere dag dat [appellant] daarmede in gebreke is en blijft, te rekenen vanaf betekening van het te wijzen vonnis, althans een zodanige termijn en dwangsom als de voorzieningenrechter in deze meent redelijk en passend te zijn;
e) [appellant] te veroordelen om ogenblikkelijk afschrift van de bescheiden die door het bewijsbeslag zijn getroffen aan Hadek te verstrekken;
f) te bepalen dat de wijze waarop het hiervoor gevorderde afschrift zal worden verschaft, zal bestaan uit afgifte door DigiJuris van de door haar bewaarde kopieën van de door het beslag getroffen bescheiden aan Hadek;
g) [appellant] te veroordelen in de kosten van het geding, waaronder begrepen de kosten van het op 25 augustus 2022 ten laste van gedaagde gelegde conservatoire bewijsbeslag;
h) [appellant] te veroordelen in de beslagkosten, de kosten van de gerechtelijke bewaarder DigiJuris daaronder begrepen, tot op heden begroot op een bedrag ad € 5.278,93 inclusief BTW + p.m.;
i. i) [appellant] te veroordelen in de kosten van de onderhavige procedure, waaronder de nakosten;
j) [appellant] te veroordelen tot betaling van een vergoeding van de terzake door Hadek getrooste juridische kosten, door haar gesteld op een bedrag ad, afgerond, € 50.000,- inclusief omzetbelasting, althans een zodanig bedrag als de voorzieningenrechter meent in deze redelijk en passend te zijn;
k) [appellant] te veroordelen in de kosten van onderhavige procedure, daaronder begrepen het salaris van de advocaat.