ECLI:NL:GHDHA:2023:1914
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- H.A.J. Kroon
- P.J.J. Vonk
- Chr.Th.P.M. Zandhuis
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake WOZ-waarde van onroerende zaak en verzoek om schadevergoeding wegens overschrijding redelijke termijn
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [X] B.V. tegen de uitspraak van de Rechtbank Rotterdam, waarin de WOZ-waarde van een onroerende zaak is vastgesteld. De Heffingsambtenaar van de Gemeentebelastingen en Basisinformatie Drechtsteden had de waarde van de onroerende zaak voor de jaren 2018 en 2019 vastgesteld op respectievelijk € 1.333.000 en € 1.358.000. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen deze beschikkingen, maar de Heffingsambtenaar verklaarde deze ongegrond. De Rechtbank heeft de beroepen van belanghebbende eveneens ongegrond verklaard, waarna belanghebbende in hoger beroep ging. Tijdens de mondelinge behandeling op 9 mei 2023 zijn beide partijen verschenen. Belanghebbende heeft onder andere aangevoerd dat de waarde te hoog is vastgesteld en dat er recht bestaat op schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn. De Rechtbank had geoordeeld dat de redelijke termijn niet was overschreden, mede door de coronamaatregelen. Het Hof bevestigt de uitspraak van de Rechtbank en oordeelt dat de Heffingsambtenaar aannemelijk heeft gemaakt dat de vastgestelde waarde niet te hoog is en dat er geen recht bestaat op schadevergoeding. De redelijke termijn is niet overschreden, omdat de vertraging in de procedure te wijten was aan bijzondere omstandigheden, zoals de coronamaatregelen.