Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de dagvaarding van 17 juni 2021 waarmee [appellante] in hoger beroep is gekomen van het tussen partijen gewezen vonnis van de rechtbank Rotterdam van 17 maart 2021;
- de memorie van grieven van [appellante]; en
- de memorie van antwoord van [verweerder], met producties.
3.Feitelijke achtergrond
De ten laste van Verkrijger komende verplichtingen zijn ondeelbaar. Indien de woning door meerdere personen gezamenlijk wordt aangekocht, zijn deze hoofdelijk aansprakelijk voor het nakomen der verplichtingen.”
Het Registergoed is (…) belast met een hypothecaire inschrijving (…).
De feitelijke levering van het Registergoed vindt plaats terstond na de ondertekening van deze akte. Vanaf dat tijdstip (…) zijn de lasten voor (…) rekening[van verkrijger, hof]
en draagt hij het risico van het Registergoed.”
zij elkaar met betrekking tot de verdeling van het Registergoed over en weer kwijting en décharge verlenen;”.
4.Procedure bij de rechtbank
5.Vordering in hoger beroep
6.Beoordeling in hoger beroep
Haviltex-norm). [2] Anders dan [verweerder] aanvoert, volgt uit het feit dat die overeenkomst in een notariële akte is vastgelegd niet dat de bedoelingen van [verweerder] en [appellante] die niet uit die akte kenbaar zijn buiten beschouwing moeten blijven (de
CAO-norm). Die uitsluiting geldt namelijk alleen als de in een akte vastgelegde overeenkomst naar haar aard bestemd is om de rechtspositie van derden te beïnvloeden, en die derden geen invloed hebben gehad op de inhoud of de formulering van die overeenkomst. [3]
7.Beslissing
- veroordeelt [appellante] in de kosten van het hoger beroep, aan de zijde van [verweerder] tot aan vandaag vastgesteld op € 772,- aan griffiekosten en € 2.031,- aan kosten voor de advocaat (1 punt in tariefgroep IV) en begroot op € 163,- aan nasalaris, te vermeerderen met € 85,- indien [appellante] veertien dagen na aanschrijving de tijd heeft gehad om in der minne aan deze kostenveroordeling te voldoen en [verweerder] dit arrest heeft moeten betekenen, een en ander te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na betekening;
- verklaart deze beslissing uitvoerbaar bij voorraad.