Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
arrest van 21 juni 2022
RIVB Invest N.V.,
[geïntimeerde 1],
[geïntimeerde 2],
Waar het in deze zaak om gaat
Het geding
Beoordeling van het hoger beroep
III. veroordeling van RIVB tot betaling van € 1.378,-, met rente, bij wege van schadevergoeding;
ECLI:NL:HR:1991ZC0260en HR 21 februari 1992, ECLI:NL:HR:1992:ZC0519). Als de borgstelling moet worden gezien als onderdeel van de aankoop van de aandelen in de BVBA had [geïntimeerde 1] de toestemming van zijn echtgenote nodig.
Beslissing
- vernietigt het vonnis van de rechtbank Den Haag van 18 december 2019, voor zover de rechtbank [geïntimeerden] in de proceskosten heeft veroordeeld en het meer of anders gevorderde heeft afgewezen;
- bekrachtigt dit vonnis voor het overige;
- veroordeelt RIVB om uiterlijk binnen 14 dagen na de betekening van dit arrest, op eigen kosten zorg te dragen voor doorhaling c.q. royement van de inschrijving van de hypotheekakte, betrekking hebbende op het appartementsrecht, rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woon- werkwoning op de begane grond en eerste verdieping aan de [adres] , kadastraal bekend, […] van 26 februari 2016 in de openbare registers, zulke op straffe van een dwangsom van € 5.000,-- per dag dat RIVB hiermee in gebreke blijft, met een maximum van € 100.000,--;
- bepaalt dat voor het geval RIVB niet haar medewerking verleent aan de doorhaling of het royement van voornoemde notariële akte en het maximum aan dwangsommen is bereikt, dit arrest dezelfde rechtskracht heeft als de rechtshandeling die RIVB dient te verrichten teneinde doorhaling of royement van voornoemde notariële akte te verkrijgen en dat dit arrest zonodig in de plaats treedt van (dat deel) van de akte waarin RIVB om doorhaling c.q. royement verzoekt.;
- veroordeelt RIVB in de kosten van het geding in eerste aanleg in conventie en in hoger beroep, aan de zijde van [geïntimeerden] in eerste aanleg bepaald op € 1.013,01 aan verschotten en € 1.086,- aan salaris voor de advocaat, en in hoger beroep op€ 432,89 aan verschotten en € 2.228,- aan salaris voor de advocaat in het principale appel en op € 557,- aan salaris voor de advocaat in het incidentele appel, en op