Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.[naam 1] ,
[naam 2],
[naam 3],
1.Het verloop van het geding in hoger beroep
2.De vaststaande feiten
2.Services
Consultant's services will consist of providing a specialized consultant to support the management of CRB and share the consultant's knowledge and experience. The consultant will be serving as an independent advisor to the CRB's management, providing guidance concerning specifics such as: (…)
3.Payment.
“to finance the paid capital contribution in New Treston Insurance Company N.V. ”Het overeengekomen rentepercentage was 6%. De overeenkomst is namens HDI ondertekend door [appellant sub 1] .
3.De beoordeling van het hoger beroep
credit ratingen balanstotaal, kon voldoen. Treston heeft dit alles vervolgens niet meer (voldoende gemotiveerd) weersproken, zodat het ervoor moet worden gehouden dat daarin voor HDI geen zakelijke reden kan zijn gelegen voor de opgezette constructie. Evenmin is (voldoende) weersproken dat Treston, als lokale verzekeraar, op de hoogte was of diende te zijn van eventuele relevante (wijzigingen) in de lokale regelgeving en derhalve niet louter kon afgaan op desbetreffende mededelingen van de betrokken bestuurders en commissaris van HDI. Het hof wijst in dit verband verder naar hetgeen hierna onder 3.17 over de wetenschap bij Treston van de belangenverstrengeling van de betrokken functionarissen van HDI in de opgezette constructie is overwogen.
datelement van de opgezette constructie met de hiervoor besproken aangevoerde zakelijke redenen noodzakelijk was. Anders gezegd, niet (voldoende) is toegelicht en onderbouwd dat – indien dit al nodig was geweest – niet een structuur had kunnen worden opgezet waarbij tegenover HDI wél transparantie zou zijn betracht en waarin (slechts) HDI en niet (mede) de bestuurders en de commissaris persoonlijk financieel belanghebbenden zouden zijn geweest. Aldus is ook onvoldoende toegelicht en onderbouwd gebleven het betoog dat geen sprake is geweest van onbehoorlijk bestuur omdat de herverzekeringsconstructie voor HDI per saldo voordelig zou zijn geweest en daarmee sprake was van parallelle in plaats van tegenstrijdige belangen van HDI en de bij de oprichting betrokken functionarissen.
in house brokerte doen lopen – schade heeft geleden door de onrechtmatige betrokkenheid van CRB bij de herverzekeringsconstructie zal in de schadestaatprocedure aan de orde kunnen komen. Dat CRB, naar zij stelt, eerst in 2010 in de relatie Treston-HDI een rol ging spelen, doet aan de hoofdelijke aansprakelijkheid voor haar onrechtmatige betrokkenheid bij de herverzekeringsconstructie niet af, daargelaten dat CRB op grond van de consultancy overeenkomst reeds vanaf 1 januari 2008 een commissie van 3,5 % voor assistentie over de hele premieomzet van Treston, waaronder het bij HDI herverzekerde deel, ontving. Grief 9 van [appellanten sub 2 t/m 4] faalt.
due dilligenceen werk in het kader van de integratie van Nassau verzekeringen in HDI. Daarmee is tevens (voldoende) onderbouwd dat aan deze werkzaamheden voor het project Margaux bevoegdelijk werden verricht. Nu de grief van HDI erop neerkomt dat sprake was van een opzetje waarin door [appellant sub 1] werd gefactureerd zonder dat daarvoor enige werkzaamheden waren verricht, heeft HDI die stelling tegenover de met voormelde verklaringen onderbouwde betwisting door [appellant sub 2] en [appellant sub 1] voor project Margaux onvoldoende onderbouwd. Ook aan het op dit punt door HDI gedane bewijsaanbod om [naam 9] en [naam 11] te doen horen die volgens HDI niet met die werkzaamheden bekend waren, gaat het hof voorbij, voor zover het de facturen voor project Margaux betreft. Bovendien sluit het feit dat aan [naam 9] en [naam 11] niet is gebleken van zulke werkzaamheden niet uit dat deze, in de vorm van advisering aan [appellant sub 1] , hebben plaatsgevonden.
Firenzefeitelijk ten behoeve van [appellant sub 1] advieswerkzaamheden zijn verricht. Ditzelfde geldt voor de overige verklaringen waarnaar [appellant sub 2] en [appellant sub 1] hebben verwezen. [naam 9] – in de desbetreffende periode lid van de raad van bestuur van HDI – heeft verklaard dat hijzelf slechts incidenteel van [appellant sub 2] als klankbord gebruik heeft gemaakt, maar dat hij niet kan beoordelen of andere personen binnen HDI werkzaamheden hebben afgenomen van