Uitspraak
Uitspraak d.d. 19 augustus 2014
[X] te [Z] (Noorwegen), belanghebbende,
Aanslag, bezwaar en geding in eerste aanleg
Loop van het geding in hoger beroep
Vaststaande feiten
Geschil in hoger beroep en standpunten van partijen
Conclusies van partijen
Oordeel van de rechtbank
10/02949,ECLl:NL:HR:2011:BR4868). De hoogte van de belastingheffing, welke voor het onderhavige jaar € 4.056 bedraagt voor de drie onroerende zaken gezamenlijk, geeft in dit geval gezien de omvang van de bate waarover deze belasting wordt geheven geen aanleiding om een individuele buitensporige last aan te nemen. Andere feiten of omstandigheden op grond waarvan zou kunnen worden geoordeeld dat de belastingheffing voor [belanghebbende] een zodanige last vormt, zijn niet gebleken. Dat op de woning geen hypotheekschuld meer rust en dat het, zoals [belanghebbende] stelt, niet mogelijk is, zoals bij voorbeeld bij een spaartegoed, een deel van het vermogen aan te wenden voor de betaling van de verschuldigde belasting is daartoe onvoldoende.
Beoordeling van het hoger beroep
Proceskosten
Beslissing
- de naam en het adres van de indiener;
- de dagtekening;
- de vermelding van de uitspraak waartegen het beroep in cassatie is gericht;
- de gronden van het beroep in cassatie.