ECLI:NL:GHARN:2012:BY5428
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake aanslag inkomstenbelasting en heffingsrente
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een uitspraak van de rechtbank Arnhem met betrekking tot een aanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 2007. De belanghebbende, een natuurlijke persoon, had een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 23.565 aangegeven, waarop de Inspecteur een aanslag had opgelegd. Na bezwaar van de belanghebbende heeft de Inspecteur de aanslag ambtshalve verminderd tot € 20.565, maar verklaarde het bezwaar niet-ontvankelijk wegens overschrijding van de bezwaartermijn. De rechtbank heeft het beroep van de belanghebbende gegrond verklaard en de uitspraken van de Inspecteur vernietigd, maar de bezwaren tegen de aanslag ongegrond verklaard. De belanghebbende heeft vervolgens hoger beroep ingesteld.
Tijdens de zitting op 8 november 2012 zijn beide partijen niet verschenen. Het Hof heeft de zaak inhoudelijk beoordeeld en geconcludeerd dat de Inspecteur terecht de looninkomsten en de aftrek voor de eigen woning heeft gecorrigeerd. De belanghebbende had geen bewijs geleverd voor het bezit van een eigen woning en de negatieve inkomsten uit eigen woning. Het Hof oordeelt dat de Inspecteur de aanslag en de beschikking heffingsrente terecht heeft vastgesteld en dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat de bezwaren ongegrond waren. Het Hof vernietigt de uitspraak van de rechtbank en de uitspraken van de Inspecteur, verklaart de bezwaren gegrond en handhaaft de ambtshalve verminderde aanslag en heffingsrente. Tevens wordt de Inspecteur gelast de griffierechten aan de belanghebbende te vergoeden.