Uitspraak
1.[appellante1] VOF,
3. [appellante3] ,
[appellanten]en ieder afzonderlijk
de vof, [appellant2]en
[appellante3],
NAM.,
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- een ‘akte uitlaten na (tussen)arrest d.d. 25 juni 2024’ door NAM;
- een ‘akte na tussenarrest d.d. 25 juni 2024 tevens verzoek tot benoeming van een deskundige tevens akte wijziging van eis’ (met producties) door [appellanten] ;
- een akte uitlaten eiswijziging door NAM.
1.2 Vervolgens hebben partijen de processtukken bij het hof ingediend en heeft het hof een datum vastgesteld waarop dit arrest wordt gewezen.
2.De procedure tot nu toe2.1Het woon- en bedrijfspand van [appellanten] is beschadigd door trillingen wegens aardbevingen, die zijn veroorzaakt door de gaswinning. [appellanten] vorderen vergoeding van de kosten van herstel van het pand en van gevolgschade, zoals verhuiskosten en bedrijfsschade.
tussenarrest van 24 januari 2024 [1] heeft het hof een aantal uitgangspunten geformuleerd voor de beoordeling van de vorderingen van [appellanten] Op basis van die uitgangspunten overwoog het hof dat en waarom het voor de beoordeling van de vorderingen van [appellanten] relevant is dat het hof kan beschikken over alle relevante informatie betreffende de versterking van het pand van [appellanten] door de NCG. Het hof beval [appellanten] de in het arrest vermelde informatie over de versterking door de NCG in het geding te brengen.
tussenarrest van 25 juni 2024 [2] overwoog het hof dat [appellanten] hadden voldaan aan de hun door het hof opgelegde verplichting tot informatieverstrekking. Verder overwoog het hof dat om de vordering van [appellanten] betreffende de herstelkosten te kunnen beoordelen een deskundigenonderzoek noodzakelijk is, omdat het hof niet zelf kan beoordelen of sprake is van een overlap tussen de herstelwerkzaamheden en de versterkings-werkzaamheden. Het hof stelde partijen in de gelegenheid zich uit te laten over de benoeming van een of meer deskundigen en de aan hen te stellen vragen.
Verder overwoog het hof in dit tussenarrest dat het nog niet kon beslissen op de vordering betreffende de herhuisvesting omdat uit de informatie over de versterkingsoperatie naar voren was gekomen dat [appellanten] een voorschot op de kosten van herhuisvesting van de NCG hebben ontvangen en geen huur betalen voor het vervangende bedrijfspand. Het hof stelde verder vast dat de cijfermatige onderbouwing van de vordering van [appellanten] op dit punt te wensen overliet. Het hof gaf [appellanten] daarom in overweging om in de volgende akte uiteen te zetten welk bedrag aan herhuisvestingskosten zij nog vorderen op basis van de daadwerkelijk door hen gemaakte (en nog te verwachten) kosten aan herhuisvesting, rekening houdend met de bedragen die zij inmiddels van de NCG voor de herhuisvesting hebben ontvangen.
3.3. De vermeerdering van eis
(nr. 10 van die akte) dat zij hun vordering in deze procedure niet vermeerderen maar hun stellingen handhaven. In een akte van 5 maart 2024 (naar aanleiding van het tussenarrest van 23 januari 2024, verwezen [appellanten] naar een Excel sheet met schadeposten, die (wel) sloot op een bedrag van € 871.899,-. Ook toen vermeerderden [appellanten] hun vordering niet.
4.4. De verdere beoordeling van het geschil
16 december 2019 vermelde herstelwerkzaamheden en de werkzaamheden die nodig zijn om de versterking van het pand conform de door EconStruct op 5 juni 2020 gemaakte tekeningen te realiseren.
a. Waaruit bestaan de versterkingswerkzaamheden zoals uitgewerkt in de tekeningen van EconStruct van 5 juni 2020 precies?
b. Worden het gebouw of onderdelen van het gebouw in het kader van deze versterkingswerkzaamheden volledig afgewerkt en tot welk niveau van afwerking?
c. Waaruit bestaan de herstelwerkzaamheden zoals die zijn begroot in de begroting van Bouwbedrijf Tadema van 16 december 2019?
d. Is sprake van overlap tussen de in uw antwoord op vraag a. genoemde versterkingswerkzaamheden en de in uw antwoord op vraag c. vermelde herstelwerkzaamheden?
e. Indien sprake is van overlap, wilt u aangeven op welke onderdelen sprake is van overlap en waar die overlap uit bestaat?
f. Indien sprake is van overlap, welke van de werkzaamheden die zijn opgenomen in de begroting van Bouwbedrijf Tadema kunnen achterwege blijven wanneer de versterkingswerkzaamheden eerst worden uitgevoerd?
g. Indien de in de begroting van Bouwbedrijf Tadema voorziene werkzaamheden eerst worden uitgevoerd, is het dan redelijkerwijs mogelijk om een deel van die werkzaamheden achterwege te laten vanwege de nog volgende versterkingswerkzaamheden? Maakt het daarbij uit hoeveel tijd er is gelegen tussen de herstelwerkzaamheden en de versterkingswerkzaamheden?
h. Wat is de prijs per 1 januari 2025 van de in de begroting van Bouwbedrijf Tadema voorziene werkzaamheden (met uitzondering van de opslag voor werken buiten reguliere werktijden)?
i. Indien uw antwoord op vraag f. bevestigend luidt, welke besparing is, uitgaande van de prijzen per 1 januari 2025, gemoeid met de werkzaamheden die achterwege kunnen blijven?
j. Indien uw antwoord op vraag g. bevestigend luidt, welke besparing is, uitgaande van de prijzen per 1 januari 2025, gemoeid met de werkzaamheden die achterwege kunnen blijven?
k. Kunt u nagaan of een deel van de door Tadema begrote werkzaamheden al is verricht? Zo ja, welke werkzaamheden betreft het en welke bedragen (uitgaande van de begroting van Tadema) zijn daarmee gemoeid?
5.De beslissing
commissaris.