Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
en bij de kantonrechter optrad als opposant in conventie, eiseres in reconventie,
Dexiate noemen,
[geïntimeerde]te noemen,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft Dexia Nederland B.V. hoger beroep ingesteld tegen een tussenvonnis en eindvonnis van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Nederland, zittingsplaats Assen. Het hoger beroep werd ingesteld op 8 februari 2024, maar Dexia heeft op de roldatum van 9 april 2024 geen memorie van grieven ingediend. Ondanks een laatste uitstel van vier weken tot 7 mei 2024, heeft Dexia ook op deze datum de memorie van grieven niet ingediend. Het hof heeft vastgesteld dat het recht voor Dexia om een memorie van grieven te nemen is vervallen, omdat de termijnen zijn verstreken en er geen verzoek om verder uitstel is gedaan. Het hof heeft vervolgens Dexia niet-ontvankelijk verklaard in haar hoger beroep, omdat het vonnis waarvan beroep niet in strijd is met rechtsregels van openbare orde. Dexia is als in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten van het geding in hoger beroep, die zijn vastgesteld op € 349,- aan griffierecht en € 607,- voor salaris overeenkomstig het liquidatietarief.