Uitspraak
FBTO
1.Het verdere verloop van de procedure in hoger beroep
2.Het tussenarrest
3.Het oordeel van het hof
dat de motor olie verloren heeft. Ik heb met mijn collega besproken of er nog andere lekkages waren aan de motor die dit zouden kunnen verklaren, maar we kwamen tot de conclusie dat de oliespray moet zijn uitgestroomd via het gat in de carterpan en zodoende naar achteren terecht is gekomen op, onder andere, de uitlaat. Bij voorlezing merk ik hierover op dat dit wat al te strikt gezegd is, want mijn vraag was juist gericht op of er andere oorzaken konden zijn voor de olielekkage. Dat de olie naar achteren toe op een onderdeel is gekomen, betekende voor ons dat de auto moet hebben gereden met een aanzienlijke olielekkage. De olie kwam uit het gat. Bij voorlezing voeg ik hieraan toe dat we dit destijds veronderstelden.
.”
“ongemoeid”is [naam7] als getuige ondervraagd. Volgens haar betekent de term
“ongemoeid”:
“opgehaald, daarheen gebracht, gestald, niet verplaatst en niets mee gedaan”. Volgens haar heeft [naam3] haar dat zo telefonisch verklaard en heeft zij het gebundeld tot dat woord
“ongemoeid”. Maar de exacte woorden kan zij zich niet herinneren.
“ongemoeid”niet zo’n eenduidig begrip is. Bovendien gaat het hier om een telefoongesprek met begripsrisico’s en niet om een schriftelijke, aan [naam3] ter bevestiging voorgelegde vastlegging. De hiervoor geciteerde schriftelijke verklaring van [naam3] zelf ondersteunt wat [appellant] hiervoor al had verklaard. Dit wordt niet twijfelachtig door de getuigenverklaring van toedrachtonderzoeker [naam7] .
“Deur rechts Spatbord rechts Dorpel rechts”en aan de Ford:
“voorzijde”.[appellant] heeft daaronder geschreven:
“Ik reed op de Jonkheer P.A. Reuchlinlaan en de auto kwam van rechts door de haaietanden in de zijkant”.
“betrokkenheid van [appellant] bij de schade”en
“mogelijk oneigenlijk gebruik”suggereren wel een verwijt, maar vormen na dit arrest echt een te vage aanduiding om opname zelfs in het Incidentenregister te rechtvaardigen. Dit zou het doel van het Incidentenregister in artikel 4.1.1. PIFI in redelijkheid te buiten gaan. De vordering is dus toewijsbaar.