Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.[pachter] ,
2. [zoon van pachter]
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak vordert een pachter dat zijn zoon in zijn plaats als pachter wordt gesteld. De verpachter verzet zich hiertegen, maar het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de zoon voldoet aan de vereisten voor indeplaatsstelling. Het hof bekrachtigt het vonnis van de pachtkamer in Roermond, die eerder de vordering van de pachter had toegewezen. De procedure in hoger beroep volgt op een eerdere uitspraak van 5 september 2023 en een mondelinge behandeling op 21 december 2023. De pachter heeft jarenlang 6,6 hectare landbouwgrond gepacht en heeft zijn zoon in de maatschap opgenomen. De verpachter heeft geweigerd in te stemmen met de indeplaatsstelling, maar het hof oordeelt dat er geen billijke redenen zijn om de zoon niet in de plaats van zijn vader te stellen. Het hof concludeert dat de zoon voldoende waarborgen biedt voor een behoorlijke bedrijfsvoering, mede door zijn opleiding en ervaring in de agrarische sector. De vordering van de pachter en zijn zoon wordt toegewezen, terwijl het hoger beroep van de verpachter wordt afgewezen. De proceskosten worden gecompenseerd, en de verpachter wordt veroordeeld tot betaling van de proceskosten van de pachter en zijn zoon.