Uitspraak
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
2.De kern van de zaak
3.Het oordeel van het hof
“
Artikel 1 De opdracht
werkzaamheden bij klanten” te verrichten. Het begrip werkzaamheden is in het artikel niet nader omschreven. Het hof oordeelt dat, bij gebreke van een dergelijke omschrijving in het relatiebeding zelf, [geïntimeerde] redelijkerwijs heeft mogen begrijpen dat het ging om de werkzaamheden die hij daadwerkelijk verrichtte op basis van de overeenkomst en die in de overeenkomst in artikel 1 wèl zijn omschreven. Het is voor de hand liggend dat het begrip “
werkzaamheden” in de overeenkomst op één en dezelfde wijze wordt opgevat. Als Acvita voor de werking van het relatiebeding aan het begrip een andere (en bredere) betekenis had willen geven dan had zij dat ofwel in de tekst duidelijk moeten maken, ofwel aan [geïntimeerde] mondeling moeten toelichten. Volgens Acvita heeft zij een nadere omschrijving bewust achterwege gelaten omdat zij alle soorten werkzaamheden daaronder wilde laten vallen, maar dat is een zodanig ruime uitleg dat die aan de zzp’er onvoldoende duidelijkheid biedt. Dan zouden daar namelijk ook werkzaamheden van heel andere aard onder kunnen vallen.
bijklanten. Als er (ook) gedoeld was op bemiddelingswerkzaamheden of andere concurrerende werkzaamheden dan zou tekstueel een formulering
voorof
ten behoeve vanklanten meer voor de hand hebben gelegen. Daarnaast duidt ook de manier waarop de boete in het relatiebeding is vormgegeven op het verrichten van zorgwerkzaamheden. Daarbij past de geformuleerde oplopende, per dag verschuldigde boete. Uit de formulering van het boetebeding kan niet worden opgemaakt wanneer een boete verschuldigd is en van welke omvang als daaronder ook bemiddelingsactiviteiten zouden vallen.