Uitspraak
DPPO,
Akerpoort,
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep
- de memorie van grieven
- de memorie van antwoord tevens memorie van grieven in incidenteel hoger beroep
- de memorie van antwoord in het incidenteel hoger beroep
- het tussenarrest van 26 juni 2023 waarbij een mondelinge behandeling is bepaald
- de brief van 20 oktober 2023 met producties van DPPO
- de akte uitlaten producties van 20 oktober 2023 van Akerpoort
- de akte overleggen producties van 24 oktober 2023 van Akerpoort
- het verslag (proces-verbaal) van de mondelinge behandeling die op 2 november 2023 is gehouden.
leisure dome, nieuwe supermarkten en huisvesting voor onderwijsinstelling ROC Friese Poort. Het geschil heeft de volgende feitelijke achtergrond.
business case. Volgens dit plan zou naast een stadion
leisure domeen zou onderwijsinstelling ROC Friese Poort zich bij het stadion gaan vestigen.
Alle bedragen die [in de overeenkomst] zijn genoemd, zijn wat ons betreft definitieve bedragen, om discussie op een later moment te voorkomen. Ieder draagt dus risico voor eigen genoemde bedragen en dat is niet meer onderhandelbaar. Dat is voor ons nog wel een risico, want misschien vallen de bouwkosten mee, maar ze kunnen ook tegenvallen.”
zal op eerste verzoek van Verkoper[WTC Facility]
verplicht zijn tot medewerking aan teruglevering van de eigendom van het Verkochte aan Verkoper in het geval
…"
leisure domedoor SOC overgedragen aan Van Wijnen.
3.Het oordeel van het hof
bijv.geplaatst voor de in aftrek te brengen posten op het resultaat, en vóór dat resultaat zelf, en bevat artikel 2.6 de zinsnede
Partijen schatten thans een verwacht Resultaat in van € 2.500.000,-. Akerpoort heeft onvoldoende onderbouwd dat tussen partijen anders zou zijn overeengekomen dan duidelijk uit de tekst van deze overeenkomst volgt.
[naam2] vraagt of er achteraf nog discussie kan ontstaan over deze afspraken. [naam3] en [naam1] , [naam4] en [naam5] geven aan dat er overeenstemming is over alle bedragen Eens over alle bedragen en bedragen, er geen onenigheid komt over exploitatie van de supermarkten en er geen discussie meer is.”Daargelaten dat deze (weergave van de) verklaring niet uitblinkt in helderheid, heeft Akerpoort ook in hoger beroep onweersproken gelaten dat Akerpoort negatief heeft gereageerd op de aangehaalde e-mail en niet is gebleken dat dit voorstel in de lange serie van onderhandelingen alsnog is aanvaard. Integendeel, de bedragen in de VSO II zijn zoals gezegd juist omgeven door reserves.
a contrariovolgen dat de genoemde bedragen zijn gefixeerd.
Verkoop Supermarktontwikkeling. Het gaat daarbij immers om een kostenpost die redelijkerwijs toegerekend moet worden aan de verkoop van de supermarktpercelen en die daarom op de verkoopopbrengst in mindering zal kunnen worden gebracht.
bewust”voor zouden hebben gekozen het resultaat van de supermarktontwikkeling niet mede afhankelijk te stellen van het antwoord op de vraag of het risico van de supermarktboete zich zou verwezenlijken.
Euretco/Naeije [4] ).
in escrowdeponeren van € 1.041.000,- als het nog niet verdeelde deel van het resultaat ter hoogte van de dreigende supermarktboete.
onvoorwaardelijkebouwrechten.
leisure dome-deel stelt DPPO een schadeclaim van 10% van de in het kader van het stichtingskostenoverzicht van 20 juni 2018 geraamde aanneemsom, wat neerkomt op een bedrag van € 1.219.812,50.
leisure dome-deel betreft geldt dat DPPO enkel teruggrijpt op een stichtingskostenoverzicht uit 2018. Daarmee schiet DPPO tekort in de context van de huidige tijd en is haar schadeonderbouwing omgeven door zodanig veel onzekerheden, dat enige vordering ter zake niet in het minst aannemelijk is geworden.
conform hetgeen hierover was afgesproken in de samenwerkingsovereenkomst.Hiermee kan er geen misverstand over bestaan dat partijen met artikel 12 VSO I de afspraken uit de SOK ten aanzien van de uitvoering van de bouwwerkzaamheden in stand hebben gehouden. Aangezien DPPO niet heeft bestreden dat artikel 13 SOK een afspraak betrof tussen Akerpoort en DPPO, is zij bij deze stand van zaken niet te volgen in haar standpunt dat het bouwrecht van BGDD énkel door opneming van artikel 12 in VSO I zou kwalificeren als een derdenbeding. De tweede zin van
indien Akerpoort dit wenst BGDD bereid is af te zien van haar bouwrecht inzake het stadiondeel, is in ieder geval onvoldoende voor de uitleg van het beding als zouden partijen daarmee een zelfstandig vorderingsrecht voor BGDD jegens SOC of Akerpoort zijn overeengekomen.
enkel het moment van betalenvan het projectresultaat was gekoppeld aan de oplevering van de supermarkten en leisure dome’, aangezien de projectonderdelen van de commerciële ruimten en de onderwijshuisvesting – als DPPO al zou worden gevolgd in haar uitleg dat ook deze onderdelen moeten worden betrokken in het projectresultaat – niet rendabel zijn gebleken.
of afwijkingvan VSO I het in VSO II neergelegde zijn overeengekomen. Waar de afwijking een kernonderdeel van artikel 5 VSO I betreft doordat de (lucratieve) supermarktontwikkeling met VSO II alsnog bij DPPO is ondergebracht, staat de (minimum-)afdrachtverplichting van artikel 5 VSO I haaks op een redelijke uitleg van de beide VSO’s in samenhang beschouwd.