ECLI:NL:HR:2012:BU4907
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- J.C. van Oven
- C.A. Streefkerk
- W.D.H. Asser
- C.E. Drion
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van een arrest inzake de opschorting van betalingsverplichtingen in een geldleningsovereenkomst
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 3 februari 2012 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die voortvloeide uit een geschil tussen Euretco B.V. en een verweerster, die als houdstermaatschappij van aandelen in een keukenfranchiseorganisatie fungeerde. De kern van het geschil betrof de vraag of Euretco haar betalingsverplichtingen uit hoofde van een geldleningsovereenkomst mocht opschorten vanwege een vermeende wanprestatie van de verweerster met betrekking tot een balansgarantie. De verweerster had haar aandelen in de franchiseorganisatie aan Euretco verkocht, maar stelde dat Euretco in verzuim verkeerde door de rentetermijnen niet te betalen. Euretco voerde aan dat de verweerster haar verplichtingen niet was nagekomen, waardoor zij gerechtigd was om de betaling van de rente op te schorten.
De Hoge Raad oordeelde dat het hof in zijn eerdere uitspraak onvoldoende rekening had gehouden met de nauwe samenhang tussen de verschillende contractuele verplichtingen die voortvloeiden uit de aandelentransactie. De Hoge Raad vernietigde het arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch en verwees de zaak naar het gerechtshof te Arnhem voor verdere behandeling. De Hoge Raad benadrukte dat de rechter bij de beoordeling van een opschortingsverweer moet onderzoeken of de gestelde tegenvordering bestaat en of deze het beroep op een opschortingsrecht kan rechtvaardigen. Dit betekent dat de rechter in sommige gevallen een voorshands oordeel moet geven over de gegrondheid van het opschortingsverweer, vooral als er nog bewijslevering of een afzonderlijke procedure moet volgen.
De uitspraak heeft belangrijke implicaties voor de interpretatie van contractuele verplichtingen en de mogelijkheid om betalingsverplichtingen op te schorten in het geval van wanprestatie. De Hoge Raad heeft de kosten van het geding in cassatie aan de verweerster opgelegd, wat aangeeft dat de Hoge Raad de argumenten van Euretco in deze zaak niet heeft gevolgd.