In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 29 februari 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep over het ontslag van een filiaalleider van boekhandel Van der Velde. De filiaalleider, [geïntimeerde], was sinds 1 april 2014 in dienst en werd op non-actief gesteld na klachten over haar leidinggeven. De kantonrechter had de arbeidsovereenkomst ontbonden wegens een verstoorde arbeidsverhouding en een billijke vergoeding van € 50.000,- toegekend. Van der Velde ging in hoger beroep, betwistend dat de billijke vergoeding terecht was toegekend en dat zij ernstig verwijtbaar had gehandeld. Het hof oordeelde dat Van der Velde inderdaad ernstig verwijtbaar had gehandeld door onvoldoende onderzoek te doen naar de klachten en door [geïntimeerde] op non-actief te stellen zonder hoor en wederhoor. Het hof bevestigde de billijke vergoeding van € 50.000,- en oordeelde dat Van der Velde ook de proceskosten moest vergoeden. Daarnaast werd Van der Velde veroordeeld tot betaling van € 2.255,90 voor niet genoten vakantiedagen, vermeerderd met wettelijke rente. De uitspraak benadrukt de verplichtingen van werkgevers bij ontslagprocedures en de noodzaak van zorgvuldigheid in het omgaan met klachten van werknemers.