Uitspraak
[appellante],
[geïntimeerde],
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
2.De kern van de zaak
3.De feiten
4.De vordering en de omvang van het hoger beroep
primairgevorderd dat [de erflater] zou worden veroordeeld tot I) betaling van € 54.500,- bij wijze van vermindering van de koopprijs, II) betaling van € 14.357,79 aan schadevergoeding en III) de buitengerechtelijke kosten, steeds vermeerderd met de wettelijke rente. Daarnaast vorderde [geïntimeerde] IV) een verklaring voor recht dat gedaagde is gehouden tot vergoeding van de schade van [geïntimeerde] door het wegvallen dan wel verminderen van de huurinkomsten uit de verhuur van de winkelruimte, op te maken bij staat en vermeerderd met de wettelijke rente.
Subsidiairberiep [geïntimeerde] zich op gedeeltelijke ontbinding,
meer subsidiairvorderde [geïntimeerde] een wijziging van de gevolgen van de koopovereenkomst op grond van artikel 6:230
5.Het oordeel van het hof
(on)zelfstandigheidvan de bovenverdieping.
ex aequo et bonovaststellen op het afgeronde bedrag van € 27.000,- dat grofweg het midden houdt tussen beide voornoemde bedragen.
als gevolg vande tekortkoming door [appellante] geniet.