Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
2.Kern van de zaak
3.Feiten
Uit de onderzoeken zijn geen aanwijzingen naar voren gekomen voor andere technische oorzaken die tot instorting van de constructie hebben geleid. (…).”
Instorting parkeergarage Eindhoven. Bouwfouten die niet genegeerd hadden mogen worden en waarvan de gevolgen niet zijn onderzocht.
”
4.Het geschil, de beslissing van de rechtbank en de vordering in hoger beroep
5.De motivering van de beslissing in hoger beroep
de mogelijkheidbestaat dat de niet naleving van verwerkingsvoorschriften heeft bijgedragen aan de instorting van de parkeergarage. Het hof oordeelt dat Bubbledeck in de bedoelde onderbouwing onvoldoende slaagt. Gelet hierop laat het hof het verweer van BAM buiten beschouwing dat Bubbledeck niet aan haar stelplicht heeft voldaan, omdat Bubbledeck onvoldoende duidelijk maakt welke contractuele verplichtingen BAM niet is nagekomen.
uit de breedplaatwerd getrokken (pagina 25 van Bijlage C van het 2022 TNO-rapport). Dat mechanisme is in figuur C.7 van deze bijlage als volgt geïllustreerd:
De betondruksterkte van de druklaag kan van invloed zijn geweest op het moment waarop de scheur in het aansluitvlak ontstaan[sic],
maar de betondruksterktevan de breedplaat[onderstreping Hof]
zal bepalend zijn geweest voor het uittrekken van de tralie uit de breedplaat. . . . Op basis van het bovenstaande kan zodoende geconcludeerd worden dat de invloed van het tijdstip van schrikken op de sterkte zeer beperkt was.” Hieruit kan het hof niet concluderen dat het te vroeg ontstempelen noodzakelijke voorwaarde voor het instorten van de parkeergarage was, eerder ondersteunt dit rapport de tegenovergestelde conclusie, namelijk dat de vloer ook zou zijn ingestort als er niet te vroeg was ontstempeld.
Het verschil tussen de grootste dwarskracht ten gevolge van de aanwezige belasting en de gemiddelde weerstand van de constructie is vanwege de beperkte druksterkte op het moment van het verwijderen van de stempels, beperkt. Het is echter aannemelijk dat als dit mechanisme kritisch zou zijn, de constructie in februari, gelijk na het verwijderen van de stempels, zou zijn bezweken.” De heer [naam3] , die het onderzoek van Hageman heeft geleid, heeft tijdens de mondelinge behandeling bij de rechtbank toegelicht dat hij proeven heeft gedaan bij zowel platen met geringe sterkte van de druklaag als platen met een grotere sterkte van de druklaag, maar dat er tussen die twee situaties geen relevant onderscheid was (in uitkomsten van de proeven, begrijpt het hof). [naam3] concludeert daaruit dat het te vroeg ontstempelen niet de instorting heeft veroorzaakt. Dat hij zou hebben toegegeven dat de vloer al in februari 2017 kapot was, maakt dit ook niet anders. Zoals het rapport van Hageman concludeert, was in februari 2017 de dwarskracht kritisch maar is toen de vloer niet bezweken. Hij heeft daarmee niet gezegd, dat dit een oorzaak is van de instorting, omdat uit zijn bevindingen juist volgt dat die door een ander mechanisme op een later moment is veroorzaakt.
Op basis van het bovenstaande is het bezwijken door afschuiving in het aansluitvlak tussen op verschillende tijdstippen gestort beton bij schrikken mogelijk de oorzaak van de instorting (zwakste schakel) (…). Echter de vloer is niet bezweken bij schrikken, wel zijn zichtbare vervormingen geconstateerd aan de boven- en onderzijde van de vloer.”(2018 Arcadisrapport p. 38). De eindconclusie is: “
De instorting van het MPB[de parkeergarage; toevoeging hof]
wordt zeer waarschijnlijk veroorzaakt door tekortkomingen in het ontwerp en vindt zijn oorsprong in onvoldoende sterke verbinding in het aansluitvlak van op verschillende tijdstippen gestort beton (afschuifsterkte). Dit aansluitvlak is in de ontwerpfase niet getoetst in de uiterste grenstoestand (sterkteberekening), de overige tekortkomingen versterken deze oorzaak.” Het hof kan daaruit niet afleiden dat het te vroeg ontstempelen daadwerkelijk (mede)oorzaak is van het instorten van de parkeergarage, terwijl anderzijds Arcadis concludeert dat een inherente fout in het vloerontwerp als zeer waarschijnlijke oorzaak moet worden aangewezen.
De Strukturele Geologie onder de Luchthaven Eindhoven” van 14 augustus 2017, productie 50 van Bubbledeck in de procedure bij de rechtbank, en de email van [naam5] van 21 januari 2023, productie NO van Bubbledeck in hoger beroep) en het 2022 TNO-rapport kan weliswaar niet uitgesloten worden dat dit mogelijk een oorzaak was, maar kan evenmin geconcludeerd worden dat deze mogelijke oorzaak zich daadwerkelijk heeft voorgedaan. BAM heeft dit nadrukkelijk betwist en dit onderbouwd door te wijzen op een inspectie na instorting waarbij verzakkingen niet zijn geconstateerd. Daartegenover staat van de kant van Bubbledeck geen nadere onderbouwing, waaruit afgeleid moet worden dat de kolommen van de parkeergarage daadwerkelijk zijn verzakt, terwijl integendeel in het door haar ingebrachte 2018 Arcadisrapport vermeld staat dat er geen aanwijzingen zijn dat vervormingen in de fundering of het bezwijken van kolommen het instorten van de vloer heeft veroorzaakt.