In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 30 mei 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep over de ontbinding van een koopovereenkomst voor een woning. De appellante, die de woning had gekocht, heeft een beroep gedaan op de ontbindende voorwaarde van financiering, maar het hof oordeelt dat zij niet tijdig en op de juiste wijze heeft gehandeld. De koopovereenkomst was op 4 november 2020 gesloten, met een financieringsvoorbehoud dat uiterlijk op 15 december 2020 moest worden ingeroepen. Appellante heeft op 15 december 2020 een e-mail gestuurd waarin zij aangaf af te zien van de koop, maar deze mededeling voldeed niet aan de vereisten van de koopovereenkomst. Het hof concludeert dat appellante niet heeft voldaan aan haar inspanningsverplichting om een financiering te verkrijgen en dat de ontbinding niet rechtsgeldig was. Hierdoor is zij gehouden de contractuele boete van € 25.000,- te betalen aan de geïntimeerde, die de woning opnieuw heeft verkocht aan een derde partij. Het hof wijst ook het verzoek van appellante om matiging van de boete af, omdat zij niet voldoende feiten heeft aangedragen die een dergelijke matiging rechtvaardigen. De uitspraak van de kantonrechter wordt bekrachtigd en appellante wordt veroordeeld in de proceskosten.